Provoceren, irriteren en molesteren: jongeren die steden terroriseren wanen zich onkwetsbaar
In dit artikel:
In het centrum van Rotterdam en andere steden veroorzaken grote groepen jongeren met dure merkkleding en opvallende accessoires regelmatig overlast. Opvallend is dat veel van deze jongeren, vaak nog geen 14 tot 17 jaar oud, op scooters of fatbikes scheuren, vechtpartijtjes uitlokken en elkaar via sociale media uitdagen tot confrontaties. De politie en gemeente hebben hun handen vol aan het beheersen van deze straatterroristen. Wijkagent Daley den Haan kent veel jongeren bij naam en ziet hoe ze zich verzamelen rond plekken als metrostation Beurs en de Lijnbaan, waar zij vechten, vervelend doen en ruzie zoeken.
De rellen in Scheveningen en Rotterdam-Nesselande markeerden een dieptepunt, waarbij jongeren elkaar aantrekken in een klittenballetje en zich schuldig maken aan haantjesgedrag en provocaties. Sommige van deze jongeren volgen onderwijs of werken deels, maar voor velen is de status en reputatie op straat belangrijker dan school of werk. Jongerenwerkers, politie en gemeente zetten daarom in op relaties met ouders en jongeren, preventie en zichtbaarheid. Gesprekken met ouders en het betrekken van scholen maken deel uit van de aanpak, hoewel sommige ouders onverschillig of zelfs blij zijn met de hulp, terwijl anderen zich schamen en hun kinderen aanpakken.
Ondanks boetes, gebiedsverboden en arrestaties keren veel recidivisten terug, wat de effectiviteit van repressieve maatregelen beperkt. Jongerenwerker Aziz Akhath ziet de ernst van de situatie, wijzend op de verharding in de maatschappij en het verharde gedrag van jongeren. Hij benadrukt dat geweld op sociale media wordt verheerlijkt en pleit voor duidelijkere grenzen die op alle fronten gesteld moeten worden: thuis, op school en in de digitale wereld. Akhath roept op tot landelijk beleid met een meerjarenplan, inclusief een verplichte maatschappelijke dienstplicht en directe confrontatie met slachtoffers, om de jongeren bewust te maken van de gevolgen van hun daden.
Kortom, de overlast van jonge straatgroepen in Rotterdam is een complex probleem waarin status, groepsdynamiek, sociale media en gebrekkige preventie samenwerken. Politie, gemeente en maatschappelijke organisaties werken samen aan minder repressieve en meer relationele aanpakken, maar structurele landelijke steun, duidelijke grenzen en vroegtijdige signalering zijn volgens deskundigen cruciaal om echt verandering te bewerkstelligen.