Premier op papier? Peilingpaniek in verkiezingstijd

zondag, 26 oktober 2025 (12:23) - Joop

In dit artikel:

Het is weer verkiezingstijd en peilingen domineren het nieuws: zetelmeters, swing‑o‑meters en continue updates. Columnist Marcel van Roosmalen moppert erover in NRC, terwijl Ipsos‑man Peter Kanne zijn cijfers onlangs verdedigde in Pauw en De Wit. Toch vraagt de realiteit om nuancering: volgens de Peilingwijzer — waarin ook I&O‑cijfers meedoen — zaten de peilingen vier dagen voor de stembus bij de afgelopen vier verkiezingen per partij soms tot tien zetels naast. Zelfs een dag vóór de stembus konden peilingen meer op verlangen dan wetenschap lijken, en bekende namen als Maurice de Hond presteren gemiddeld veel minder betrouwbaar.

Media en campagnevoerders klampen zich desalniettemin aan die grafieken vast, alsof momentum zwaarder telt dan inhoud en kiezers louter achter de grootste speler aanlopen. Voor de peilindustrie werkt dat prima: na de verkiezingen volgen napanels en methodologische verklaringen — en meteen weer een nieuwe opdracht voor de volgende ronde. Wie zijn keuze laat bepalen door peilingen, krijgt dus de dag erna een uitleg waarom die peilers er tóch naast zaten, en waarom je ze later weer zou moeten geloven.

De kernboodschap is normatief: je stem is geen datapunt maar een persoonlijke keuze over de toekomst. Laat je niet leiden door trendgrafieken of tactisch stemmen; kies vanuit overtuiging. Stemmen op peilingen levert volgens de auteur uiteindelijk “politiek van papier” op — minder robuust dan echt besturen. Als extra context: aggregators zoals de Peilingwijzer zijn nuttig voor inzicht, maar blijven gevoelig voor late bewegingen, representativiteitsproblemen en methodologische beperkingen. Kies daarom bewust, niet op basis van de nieuwste grafiek.