Politiek Zuid-Holland worstelt met toekomst onrendabele Waterbus

In dit artikel:

De provincie Zuid‑Holland wil twee van de vier Waterbuslijnen per begin oktober schrappen om te voorkomen dat de exploitant failliet gaat. Gedeputeerde Frederik Zevenbergen stelde in een Statendebat dat het netwerk anders niet meer betaalbaar blijft; van de 1,3 miljoen jaarlijkse reizigers gebruikt ruim 90% de twee overgebleven verbindingen. Het voorstel betreft het stoppen van de lijnen Rotterdam–Kinderdijk en Dordrecht–Sliedrecht.

De maatregel stuit op verdeeldheid in Provinciale Staten: VVD en BBB steunen het plan, GroenLinks‑PvdA en CDA willen eerst andere mogelijkheden onderzoeken, D66 vreest dat de Waterbus daarmee een lege huls wordt en ChristenUnie waarschuwt voor extra wegcongestie. De Partij voor de Dieren pleit er juist voor het geld aan alternatieve ov‑vormen te besteden.

Financieel is de situatie nijpend: door hogere kosten en teruggelopen reizigers na corona moet de exploitant jaarlijks 5–6 miljoen euro bijleggen. De provincie gaf in 2024–2025 al 5,5 miljoen extra bovenop de reguliere bijdrage van circa 8,5 miljoen en kan niet meer bijspringen zonder mogelijk Europese staatssteunregels te schenden. Gemeenten en bedrijven uit de Drechtsteden (zoals Boskalis en Fokker) waarschuwen dat geplande wegwerkzaamheden de regio anders doen vastlopen en roepen op de Waterbus te behouden. Op 24 september kan Provinciale Staten nog wijzigingen afdwingen.