Plopsa Indoor Coevorden discrimineert mensen met autisme. 'Plopsa gaf zelf aan dat er discriminatie plaatsvond'

In dit artikel:

Het College voor de Rechten van de Mens oordeelt dat Plopsa Indoor Coevorden discrimineerde omdat mensen met autisme niet zelfstandig in de prikkelarme wachtrij mochten staan en hun begeleiders verplicht waren om een extra kaartje te kopen. Stichting Uit met Autisme had het park daarvoor aangeklaagd; het College stelde maandag de stichting in het gelijk en beoordeelde het beleid als onaanvaardelijke behandeling op grond van een handicap of chronische ziekte.

Het oordeel heeft geen dwangsom of boete tot gevolg: het College kan alleen een advies uitbrengen. Bestuurslid Romano Sandee spreekt van een geruststellende uitspraak en wijst erop dat de stichting eerder al een vergelijkbare zaak in Slagharen won. De organisatie blijft juridische stappen ondernemen, onder meer een hoorzitting in Brussel over pretpark Bellewaerde op 17 december, en kijkt ook naar acties in Duitsland.

Plopsa reageert dat het streeft naar aanpassing van het beleid per 1 januari 2026 voor alle parken in Nederland, België en Duitsland; indien nodig wordt bekeken of de toegang voor begeleiders aangepast kan worden. Volgens het park moet het nieuwe beleid ervoor zorgen dat mensen met autisme zonder begeleider toegang tot de prikkelarme wachtrij krijgen, met als doel een veiligere en meer toegankelijke beleving voor iedereen.