Paus Pius V noemde in 1567 stierenvechten zonde

In dit artikel:

In Pamplona vindt jaarlijks de beruchte stierenren plaats, georganiseerd door het Huis van Barmhartigheid, dat tevens de stierenvechtarena beheert. Hoewel deze traditie internationale media aantrekt en sensatiezoekers veel kijkcijfers oplevert, is er binnen Spanje zelf steeds meer kritiek, vooral onder jongeren. Bij de stierenrennen, waarbij zes stieren door de straten worden gejaagd richting de arena, zijn sinds 1910 zeker zestien dodelijke slachtoffers gevallen, naast talloze gewonden. Vaak gaat het om dronken toeristen die het risico op verwondingen onderschatten.

De praktijk van stierenvechten wordt door een meerderheid van de Spanjaarden als verwerpelijk beschouwd; ruim 77 procent is voor afschaffing ervan. Stierenvechten wordt gezien als een achterhaalde en wrede traditie die niet meer past bij de huidige maatschappij. Dit beeld staat haaks op de terugkeer van steun vanuit politieke hoeken, met name regio’s waar de extreemrechtse partij Vox invloed heeft, die publieke subsidies toekennen aan de teloorgang van de stierenvechtsector. Het Huis van Barmhartigheid, een rooms-katholieke instelling die officieel daklozen opvangt, profiteert hiervan door verantwoordelijk te zijn voor de organisatie van de stierenrennen en het beheer van de arena.

Historisch gezien was er ook kerkelijke afkeuring: paus Pius V verbood stierengevechten in 1567 als een demonische en onchristelijke praktijk, met dreiging van excommunicatie. Dit verbod werd echter door latere paus Gregorius XIII ingetrokken, mede door druk van Spaanse koning Filips II, waardoor deze traditie ondanks alle kritiek eeuwenlang kon voortbestaan. Vandaag de dag symboliseert het stierenvechten een diepgeworteld maar omstreden cultureel fenomeen, waarbij culturele trots botst met groeiende maatschappelijke afwijzing en ethische bezwaren.