Paul Cliteur haalt uit naar Jetten: "Nederlandse vlag ineens niet meer fascistisch?"
In dit artikel:
Paul Cliteur, oud-senator en rechtsfilosoof, richtte dinsdagavond op X scherpe kritiek op D66-leider Rob Jetten. Cliteur beschuldigt Jetten van opportunisme: in de slotfase van de verkiezingscampagne zou Jetten plotseling nationale symbolen en behoudende retoriek omarmen, terwijl hij en zijn partij in het verleden juist pleitten voor meer EU-integratie, open grenzen en sterke klimaatmaatregelen — en vaak afstand namen van traditioneel patriottisme.
Cliteur ziet hierin geen beleidsommekeer maar een vorm van politieke marketing. Hij verwijst naar wat hij de “Bontenbal-strategie” noemt, vernoemd naar CDA-leider Henri Bontenbal: een imago van fatsoen en toegankelijkheid zonder concrete plannen, bedoeld om kiezers aan te spreken die vooral gevoelig zijn voor uitstraling. Volgens Cliteur verandert Jetten’s toon: van harde klimaat- en “woke”-standpunten naar nette pakken, vriendelijke boodschappen en vage beloften over verbinding en hoop — beeld krijgt kennelijk prioriteit boven inhoud.
De kritiek benadrukt ook dat D66 historisch weinig op had met nationale symbolen; Cliteur haalt aan dat partijgenoten de Nederlandse vlag eerder associeerden met extreemrechts. Dat maakt de plotselinge vlagzwaaierij volgens hem cynisch en instrumenteel: de vlag is nu een campagnerekwisiet, geen uiting van echte patriottische overtuiging.
Naast de persoonlijke aanval op Jetten gebruikt Cliteur de tweet om breder te fulmineren tegen de gevestigde politiek: politici zouden hun standpunten naar peilingen buigen in plaats van vaste principes te volgen. Hij koppelt zijn verwijten aan een oproep tot actie — een link naar een petitie tegen een mogelijke plaatsing van Frans Timmermans in het Torentje — en ziet zo’n machtswisseling als gevaarlijk voor het “echte” Nederland.
Kort samengevat: Cliteur beschuldigt Jetten en D66 van hypocrisie en presentatiepolitiek rond nationale symbolen in aanloop naar de verkiezingen. Zijn boodschap is dat de recente koerswijziging niet uit overtuiging ontstaat maar uit electorale berekening, en dat kiezers daarvoor kritisch moeten blijven.