Oud-president Vizcarra van Peru veroordeeld tot 14 jaar cel voor corruptie
In dit artikel:
De voormalige Peruaanse president Martín Vizcarra is door een rechter veroordeeld tot 14 jaar gevangenisstraf voor corruptie. Volgens het vonnis zou hij in 2014, toen hij gouverneur van de zuidelijke regio Moquegua was, steekpenningen ter waarde van ongeveer 583.000 euro hebben aangenomen van buitenlandse bouwbedrijven in ruil voor overheidscontracten. Vizcarra ontkent de beschuldigingen en zegt het doelwit te zijn van politieke vervolging.
Vizcarra werd in 2018 tot president gekozen maar moest in 2020 aftreden toen de beschuldigingen openbaar werden; in 2021 kreeg hij bovendien een verbod van tien jaar opgelegd om bestuurlijke functies uit te oefenen. Zijn veroordeling voegt zich in een breder patroon: meerdere ex-presidenten van Peru zitten of zaten vast wegens corruptie of andere strafbare feiten, waaronder Alejandro Toledo, Ollanta Humala en Pedro Castillo; ook Alberto Fujimori zat jarenlang gevangen.
Politieke onrust blijft aanhouden. Vizcarra’s broer Mario wil zich volgend jaar in april kandidaat stellen voor het presidentschap namens Perú Primero, de partij die Martín in 2021 oprichtte, waarbij Martín als belangrijkste adviseur zou optreden. Die partij steunde de recente protesten tegen de afgezetten president Dina Boluarte, en Peru heeft sinds het vertrek van Vizcarra al meerdere leiders zien komen en gaan, wat het land in aanhoudende politieke instabiliteit houdt.