Opnieuw duizenden pro-Europese demonstranten op straat in Tbilisi, Kremlin: "Georgië gaat weg van Oekraïne op"

In dit artikel:

In Tbilisi zijn duizenden demonstranten voor de vijfde achtereenvolgende avond de straat op gegaan om te protesteren tegen de beslissing van de Georgische overheid om de toetredingsgesprekken met de Europese Unie vier jaar lang uit te stellen. De protesten worden geleid door de pro-Europese president Salome Zoerabisjvili, die oproept tot steun van westerse landen en beweert dat de recente parlementsverkiezingen gekenmerkt waren door fraude. De president vraagt de EU om een duidelijke boodschap uit te sturen over het niet erkennen van de verkiezingsuitslag, die gewonnen werd door de partij Georgische Droom onder leiding van premier Irakli Kobachidze.

De onrust leidt tot confrontaties tussen demonstranten, die vuurwerk naar het parlementsgebouw gooien, en de oproerpolitie, die traangas en waterkanonnen inzet. In de afgelopen dagen zijn ongeveer 200 betogers gearresteerd. Zoerabisjvili beschuldigt Rusland van het voeren van een hybride oorlog tegen Georgië en andere landen, en benadrukt dat steun van het Westen de enige uitweg uit de crisis is.

De Baltische staten hebben eveneens actie ondernomen door maatregelen aan te kondigen tegen Georgische overheidsfunctionarissen die betrokken zijn bij de onderdrukking van de pro-Europese demonstraties. Op een lijst van personen die de toegang tot de Baltische landen is ontzegd, staan onder anderen de minister van Binnenlandse Zaken en invloedrijke zakenlieden.

Het Kremlin weerspreekt de beschuldigingen van inmenging en vergelijkt de situatie in Georgië met de Maidan-revolutie in Oekraïne, waarbij de Russische woordvoerder waarschuwt dat Georgië op een gevaarlijk pad is. Premier Kobachidze spreekt van "gecoördineerd geweld" en sluit gesprekken met de oppositie uit, wat de politieke spanningen verder onder druk zet.