Opinie: 'Asielbegroting ministerie is recept voor verspilling'

vrijdag, 5 september 2025 (11:18) - Algemeen Dagblad

In dit artikel:

Ewout Irrgang (lid van de Algemene Rekenkamer) waarschuwt dat de rijksbegroting voor asielopvang al decennialang structureel te optimistisch is. Uit onderzoek blijkt dat tussen 2000 en 2023 in 21 van de 23 jaren de uitgaven veel hoger waren dan vooraf geraamd. Die systematische onderschatting zorgt er elk jaar voor dat het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) halverwege het jaar geld en capaciteit tekortkomt, waarna er ad hoc en vaak duurdere noodoplossingen — zoals hotels — moeten worden ingezet.

De consequenties zijn tweeledig: asielzoekers belanden vaker in goedkoper en slechtere noodopvang en de belastingbetaler betaalt meer. Daarnaast veroorzaakt het constante op- en afschalen van locaties extra kosten en ondermijnt het het publieke draagvlak en de uitvoerbaarheid van het opvangstelsel. Het COA heeft dergelijke risico’s recent ook onderstreept.

Probleem wordt structureel verergerd door onrealistische meerjarenramingen. De raming van het ministerie van Asiel en Migratie laat na 2027 een spectaculaire daling van de uitgaven zien — van circa 4,4 miljard naar minder dan 1 miljard — omdat het kabinet rekent op een sterke terugloop van instroom door een aangescherpt asielbeleid. Irrgang stelt dat zelfs bij dalende instroom de bezetting van opvanglocaties niet automatisch veel kleiner wordt, omdat de uitstroom van statushouders en uitgeprocedeerden beperkt is. Daardoor is de geplande bezuiniging onwaarschijnlijk en roept zij nieuwe tekorten in het vooruitzicht.

Irrgang pleit voor een realistische begrotingsaanpak: voldoende ruimte in de begroting om lange termijn, relatief goedkope opvanglocaties te financieren en zo dure noodmaatregelen en onnodige verspilling te voorkomen. Zijn oproep is gericht aan toekomstige kabinetten en parlementen: stop jaarlijks opnieuw een crisissfeer te creëren door te laag te ramingen en bouw een uitvoerbaar, kostenbewust stelsel dat zowel het opvangaanbod als het publieke vertrouwen beschermt.