Op de term "middenkabinet" valt het nodige aan te merken

maandag, 10 november 2025 (15:52) - Reformatorisch Dagblad

In dit artikel:

Verkenner Wouter Koolmees buigt zich over een door D66 gewenst vierpartijenkabinet met D66, VVD, GroenLinks–PvdA en CDA, maar of dat kabinet werkelijk het “midden” raakt is omstreden. D66 (partijleider Rob Jetten) presenteert die samenstelling als ideale balans tussen links en rechts, maar VVD-leider Dilan Yesilgöz hield tijdens de campagne al afstand: zij pleitte voor een centrumrechts alternatief met CDA, JA21 en BBB en beloofde geen links kabinet te gedogen. Ook oud-VVD-minister Henk Kamp waarschuwt dat GroenLinks–PvdA veel minder midden is dan D66 suggereert.

Het artikel legt uit waarom termen als “middenkabinet” of historische labels als “Paars” gebruikt worden: Paars (PvdA–VVD–D66) verwees naar een coalitie zonder CDA, een combinatie van rood en blauw die in de jaren negentig voor het eerst voorkwam. Na de recente verkiezingen liggen — afhankelijk van indeling — ongeveer 94 zetels rechts en 56 zetels links in de Kamer, maar die simpele optelsom kent veel kanttekeningen omdat partijen op verschillende thema’s uiteenlopende posities innemen en de klassieke links‑rechtsindeling tegenwoordig minder eenduidig is.

D66 blijft lastig in één hokje te plaatsen: partij neemt progressieve standpunten in op medische ethiek en bestuurlijke vernieuwing, is ambitieus op klimaat, maar toont zich ook gevoelig voor migratiezorgen en pleit voor strengere maatregelen daar. Toch valt D66 volgens politicologen nog steeds links van het midden; de afstand tot rechtse partijen is groter dan naar linkse.

Wat de term “middenkabinet” in de huidige verhoudingen betreft, concludeert het artikel dat een door D66 voorgestelde combinatie vermoedelijk toch naar een (centrum)linkse koers zal neigen. D66 levert de minister-president en samen met GroenLinks–PvdA zullen die twee partijen waarschijnlijk meer ministers bezetten dan VVD en CDA, waardoor het progressieve blok de meerderheid in kabinet kan vormen. Bovendien delen D66, GroenLinks–PvdA en in sommige dossiers ook de VVD progressieve opvattingen over onderwerpen als medische ethiek, onderwijsvrijheid en zondagsrust. Daardoor is het twijfelachtig of de viering van een politiek neutraal midden in de praktijk werkelijkheid wordt.