Ons goud ligt in New York, maar is dat nog wel veilig met Trump in het Witte Huis?
In dit artikel:
Onder het gebouw van de Federal Reserve in Manhattan ligt een goudvoorraad op 24 meter diepte, opgeborgen in een kelder met twee meter dikke muren en extra beton om het gewicht van naar schatting een half miljoen goudstaven te dragen. Journaliste Karlijn van Houwelingen bezocht de ruimte; de rondleiding werd gegeven door een bewaarder genaamd Bill, herkenbaar aan een wijnrood jasje en stalen safety-schoenen. De staven — genummerd naar zuiverheid en achter stalen hekken met meerdere sloten en zegels — horen bij centrale banken waaronder De Nederlandsche Bank, al wilde Bill niet precies zeggen van wie welke partijen waren. Van Houwelingen mocht één staaf van ongeveer 13 kilo vasthouden; voordat dat gebeurde werd de enorme stalen deur met een wiel afgesloten.
De opslag in New York bestaat sinds de Tweede Wereldoorlog, omdat de VS jarenlang als de veiligste plek gold. Maar die vertrouwensbasis staat onder druk door recente politieke inmenging: president Trump probeert de Fed te beïnvloeden, dreigde topman Jerome Powell te ontslaan als de rente niet wordt verlaagd, en iemand uit zijn kring beschuldigde een Fed-topvrouw van hypotheekfraude — een zaak die mogelijk bij het Hooggerechtshof belandt. Dat raakt aan de kernfunctie van de Fed: onafhankelijk het evenwicht tussen inflatie en werkgelegenheid houden.
De Nederlandsche Bank ziet voorlopig geen reden om bestaande bewaarkoepelingen te verlaten, al verhuisde Nederland begin jaren negentig een deel van het goud naar Australië uit soortgelijke zorgen. De goudbewaarders in New York werken volgens strikte procedures: ze controleren zuiverheid, wegen staven op een grote bascule en gebruiken handschoenen omdat vochtige vingers het gewicht subtiel veranderen.