Ondanks ingetrokken ver­gunning toch onderdelen voor Israëlische marine­schepen opgestuurd

donderdag, 4 september 2025 (09:44) - De Volkskrant

In dit artikel:

Tien Palestijnse en Nederlandse organisaties stapten woensdag naar het gerechtshof in Den Haag om de Nederlandse staat te dwingen te stoppen met wapenexport naar Israël. De eisers — onder aanvoering van de Palestijnse mensenrechtenorganisatie Al Haq en gesteund door onder meer Somo en Een Ander Joods Geluid — vragen ook een verbod op de uitvoer van militair getrainde diensthonden en willen dat Nederlandse bedrijven, zoals Booking, geen activiteiten meer mogen ontplooien in door Israël bezette gebieden zoals de Westelijke Jordaanoever. Ze beroepen zich op internationaal recht, onder meer op de plicht uit het genocideverdrag om maatregelen te nemen ter voorkoming van genocide; hun advocaat Christiaan Alberdingk Thijm noemde het Nederlandse beleid “schandalig” en te veel gericht op politieke inertie.

De zaak speelt al ruim een jaar; eerdere procedures verloren de eisers, maar de politieke en juridische urgentie nam toe na de inval van 7 oktober 2023 en het daaropvolgende geweld in Gaza. De zitting vond plaats tegen een achtergrond van demonstraties bij het Haagse Paleis van Justitie en veel aandacht van de media.

Tijdens de zitting stelde de landsadvocaat dat Nederland sinds 7 oktober het aantal exportvergunningen sterk had teruggeschroefd en noemde hij de intrekking van drie vergunningen in juli een voorbeeld van “voortschrijdend inzicht”. Cruciale nieuwe informatie — die tijdens de zitting niet door de advocaat werd aangehaald maar later via antwoorden op Kamervragen bekend werd — laat zien dat verschillende onderdelen voor Israëlische marineschepen (specifiek luiken en deuren voor korvetten) ondanks een later ingetrokken vergunning al uit Nederland waren verscheept. De minister schreef dat die goederen Nederland hadden verlaten, waardoor de regering feitelijk geen controle meer heeft over het vervolggebruik.

Deze feiten versterken de kern van de klacht: dat vergunningverlening, toezicht en handhaving ondoorzichtig en ontoereikend zijn. De staat verdedigt zich door te wijzen op maatregelen als sancties tegen bepaalde Israëlische ministers, pogingen het EU-associatieverdrag met Israël te heroverwegen, en het maken van onderscheid tussen zogenoemde offensieve en defensieve goederen (waarbij voorname legale rechtvaardigingen worden gegeven voor leveringen voor onder meer de Iron Dome). De eisers betwijfelen echter of zo’n scheiding in de praktijk houdbaar is en verwijzen naar jurisprudentie (zoals het Urgenda-arrest) die aangeeft dat rechters kunnen toetsen of overheidshandelingen in lijn zijn met internationale verplichtingen.

Politiek speelde de kwestie recent extra: minister van Buitenlandse Zaken Casper Veldkamp trad af omdat hij vond dat Nederland zwaarder had moeten optreden. Voor de rechter ligt nu de vraag of het kabinet een vrijwel onbeperkte beleidsvrijheid heeft of dat internationale verdragen zulke ruimte substantieel beperken, zodat de rechter de staat kan dwingen concrete, verdere stappen te nemen.

De openbaar geworden verzendingen van maritieme onderdelen, ondanks later ingetrokken vergunningen, werpen vragen op over transparantie en de effectiviteit van wapenexportcontrole. De uitkomst van het hoger beroep kan precedent scheppen voor de reikwijdte van nationale beleidsvrijheid tegenover internationale beschermingsplichten.