Omgebouwde vuurwapens populair onder jongeren: 'Werken als echte wapens'
In dit artikel:
Zondag schoot de politie in Capelle aan den IJssel een vijftienjarige jongen uit Gouda dood; volgens het Openbaar Ministerie droeg hij een zogenaamd "gasalarmpistool" bij zich — een begrip dat in die vorm niet bestaat. Er is een duidelijk verschil tussen alarmpistolen (leegpatroonwapens met een dichte loop, gebruikt voor startschoten) en gaspistolen (waardoor gas of pepperspray kan worden afgevuurd dankzij een stalen pin in de loop). In veel incidenten worden beide typen echter aangepast: criminelen boren een gat in de loop of vervangen die volledig, zodat er gewone kogels kunnen worden afgevuurd. Forensisch wapenexpert William (achternaam bekend bij de redactie) bevestigt dat zulke ombouwingen een pseudo-echt pistool opleveren.
De politie schat dat 40–50% van de in beslag genomen vuurwapens oorspronkelijk omgebouwde gas- of alarmpistolen waren; onder jongeren ligt dat aandeel waarschijnlijk hoger. Aanhoudingen van minderjarigen met een vuurwapen namen toe van 258 in 2020 naar 358 in 2024 — bijna één per dag — al zegt de politie dat die cijfers ook beïnvloed kunnen worden door verhoogde alertheid van agenten.
De populariteit van omgebouwde pistolen is te verklaren door beschikbaarheid en prijs. Onbewerkte gas- en alarmpistolen zijn legaal te koop in buurlanden (Duitsland, België), en hoewel ze in Nederland verboden zijn, maken open grenzen aanschaf relatief eenvoudig. Niet-omgebouwde exemplaren kosten in België/Duitsland rond de €150; omgebouwde versies worden via tussenpersonen en het darkweb doorverkocht voor ongeveer €700 — nog steeds veel goedkoper dan echte vuurwapens die vaak duizenden euro’s kosten.
In de zaak uit Capelle is niet vastgesteld welk type wapen exact werd meegenomen. Feit blijft dat omgebouwde alarm- en gaswapens het karakter van echte vuurwapens kunnen krijgen en zo een groot veiligheidsrisico vormen, zeker onder minderjarigen.