NU+ | Zo losten vrijwilligers in een jaar drie cold cases op: 'Lange adem nodig'
In dit artikel:
Stichting Coldcasezaken, opgericht door Sander Meyer, heeft binnen een jaar de identiteit achter drie lang onopgehelderde overleden personen achterhaald: slachtoffers in Amsterdam, Wassenaar en België. De vondsten kwamen voort uit een mix van vrijwillig online speurwerk, analyse van binnengekomen tips en gerichte veldonderzoeken.
Het team telt ongeveer twintig mensen met uiteenlopende expertise: OSINT-specialisten (het vergaren en analyseren van openbaar beschikbare informatie), GIS-experts voor terreinanalyses en ervaren onderzoekers, waaronder oud-politiefunctionarissen. Veel werk gebeurt digitaal — contact leggen met organisaties, getuigen en familie via internet — maar voor sommige zaken is ook lokaal onderzoek nodig; Meyer ging bijvoorbeeld zelf naar Duitsland voor één zaak en getroffenen worden door teamleden met politieachtergrond persoonlijk gesproken wanneer dat wenselijk is.
De werkwijze is flexibel: tips worden eerst geëvalueerd en zoveel mogelijk aangevuld voordat ze aan politie worden overgedragen. Soms ontdekken de vrijwilligers zelf aanknopingspunten en lossen ze een zaak grotendeels zelfstandig op. In alle drie recent opgeloste zaken leverde de stichting eigen onderzoeksresultaten die direct leidden tot identificatie. Waar nodig werkt de politie verder, bijvoorbeeld bij mogelijke strafbare feiten.
De samenwerking met de politie is goed, maar ongelijkwaardig: de stichting kan veel delen, de politie is beperkt in wat zij kan terugkoppelen. Coldcasezaken volgt politieverzoeken (zoals tijdelijk wachten met publicatie) en houdt zich aan de wet, maar is minder gebonden aan formele procedures en kan daardoor sneller en dieper onderzoek doen. Dit, gecombineerd met een laagdrempelige meldroute en het publiceren van vele cold cases die niet op politiewebsites staan, verklaart mede waarom vrijwilligers soms sneller tot doorbraken komen.
Financiering komt uit donaties, twee bedrijfssponsors en initiële investering van Meyer; het werk is non-profit en grotendeels vrijwillig. Hoewel het onderzoek naar mogelijke daders risico’s kan meebrengen — de stichting heeft honderden zaken online staan — heeft het team nog geen directe bedreigingen ervaren. De stichting blijft echter voorzichtig, vooral met zichtbare rolfiguren als oprichter Meyer.
Kortom: een kleinschalig, deskundig vrijwilligersteam benut digitale bronnen, lokale kennis en een open meldcultuur om vastgelopen zaken nieuw leven in te blazen, waarbij snelheid en onafhankelijkheid vaak het verschil maken ten opzichte van traditionele politiewerk.