Nu Vitesse-talenten geld kosten, krabbelen clubs terug: spelers blijven toch in Arnhem
In dit artikel:
De toekomst van tientallen (voornamelijk jeugd)spelers die in augustus Vitesse verlieten, keert nu grotendeels terug naar Arnhem nadat de licentie van de club deze week door het Gerechtshof Arnhem‑Leeuwarden is hersteld. Door die herinvoering van de licentie is het KNVB‑poolreglement weer van kracht: Vitesse kan voor jeugdspelers zonder eerder profcontract opleidingsvergoedingen eisen van de clubs die hen hebben overgenomen.
Begin augustus, toen een rechter in Utrecht Vitesse de licentie afpakte, ontstond een massale vertrekgolf. Contractspelers konden via een afspraak met de spelersvakbond VVCS hun contract ontbinden en kosteloos vertrekken zodra een nieuwe club zich aanbood; zo vertrokken onder anderen Jim Koller (Jong PSV) en Bas Huisman (Almere City). Ook veel jeugdspelers zonder contract zochten een nieuwe club, in de veronderstelling dat dat gratis kon.
De terugkeer van de licentie verandert dat beeld. De KNVB hanteert vaste opleidingsvergoedingen die afhangen van de categorie van de jeugdopleiding: voor een club van Vitesse’s omvang is dat circa €27.900 per jaar dat een speler vanaf elfjarige leeftijd in Arnhem verbleef; bij topacademies (Ajax/PSV/Feyenoord) ligt het tarief rond €32.500 per jaar. Een speler die van zijn elfde tot zijn twintigste bij Vitesse doorloopt, kan daarmee de club bijna drie ton aan vergoeding opleveren.
De mededeling van de KNVB aan clubs dat deze vergoedingen betaald moeten worden, leidde tot opschudding. Er lagen aanvankelijk ongeveer zestig overschrijvingsverzoeken klaar in Zeist waarvoor dispensatie nodig was; omdat die dispensatie uitbleef, trokken clubs in bijna driekwart van de gevallen hun verzoeken terug. Als gevolg daarvan zijn veel spelers die al waren verhuisd of zelfs aan een andere middelbare school begonnen, voorlopig weer terug in Arnhemse plannen. Voor zo’n vijftien overblijvende aanvragen ontbreekt nog steeds duidelijke besluitvorming van de KNVB, tot frustratie van zowel Vitesse als de ontvangende clubs.
De Graafschap, dat drie voormalige Vitesse‑talenten voor het O21 haalde, illustreert de praktijk: twee hadden al een contract (dus geen vergoeding verschuldigd), maar voor de 18‑jarige Fabian Huetink, die geen contract had, is betaling wél van toepassing — onderstreping van de scherpe scheidslijn die het reglement trekt. Algemeen directeur Marco Bogers erkent het lastige menselijke aspect: ingeschreven spelers weer terugsturen is pijnlijk voor hen en hun ouders.
Algemeen doel van de regeling is het compenseren van clubs voor hun investering in jeugdopleiding, maar in deze uitzonderlijke situatie zorgt de opeens zichtbare financiële claim voor veel onzekerheid en opgeflakkerde discussies. De KNVB heeft voorlopig nog geen verdere uitleg geleverd over de resterende gevallen.