NU+ | Mislukken van enorm Russisch zomeroffensief geeft Oekraïne adempauze
In dit artikel:
Het grote Russische zomeroffensief, dat in mei langs een front van ongeveer 1.250 kilometer begon en zich uitstrekte van Sumy in het noordoosten tot Kherson in het zuiden, heeft weinig beslissende resultaten opgeleverd. Terwijl de winter nadert en er opnieuw over wapenstilstand wordt gesproken, lijkt Oekraïne — uitgeput maar standhoudend — mogelijk een adempauze te krijgen. De Amerikaanse president Donald Trump stelde voor om de huidige frontlijn te bevriezen als basis voor een staakt-het-vuren; Kyiv en veel Europese bondgenoten steunen dat idee en werken aan een twaalfpunten-vredesvoorstel dat als onderhandelingsstartpunt zou kunnen dienen.
Een cruciale factor in de loop van het offensief is de opmars van drones, die het slagveld fundamenteel veranderden. Beide zijden gebruiken onbemande vliegtuigen veelvuldig; Oekraïense cijfers tonen dat vorig jaar het merendeel van aanvallen op Russische troepen en materiaal met drones werd uitgevoerd, en die trend zet zich voort. Het gevolg is een zogenaamde "killzone" van ongeveer 15 kilometer aan weerszijden van de frontlijn waar bewegingen direct worden opgepikt en bestookt. Nieuwe middellangeafstandsdrones die in ontwikkeling zijn zullen die zone waarschijnlijk nog verder doen uitbreiden.
Die drone-dominantie maakte traditionele middelen zoals pantserkolommen minder effectief — voertuigen overleven de killzone vaak maar kort — en maakte concentraties van infanterie tot gemakkelijke doelen. Rusland probeerde dit offensief met een kostbare tactiek: kleine, vaak slecht uitgeruste groepjes infanteristen voorop sturen om verdedigingen te testen, vaak met hoge verliezen; als terrein gewonnen werd, volgden beter uitgeruste eenheden. Dat leidde tot geleidelijke maar beperkte Russische opmars in oost en zuid, zonder het behalen van belangrijke strategische doelen; steden als Pokrovsk en Kostiantynivka blijven in Oekraïense handen.
De menselijke tol is enorm. Westerse inlichtingen en onafhankelijke instituten schatten de Russische verliezen (gesneuvelden en gewonden) inmiddels op meer dan een miljoen; The Economist schatte alleen al 100.000 doden tussen januari en oktober. Oekraïense verliezen lijken aanzienlijk lager volgens kenners, maar Kyiv kampt toch met een nijpend tekort aan manschappen, vooral infanterie. Na de eerste vrijwillige toestroom na 2022 worden veel frontsoldaten nu gedwongen gemobiliseerd; verlaging van de mobilisatieleeftijd is politiek gevoelig. Vele eenheden zijn onderbemand, frontsoldaten — vaak veertigers en vijftigers — verlangen naar aflossing.
De omstandigheden aan het front zijn zwaar: lange periodes in kleine loopgraven, afgesneden van de buitenwereld, afgewisseld met drone-bombardementen en vuurgevechten. Desertie neemt toe; volgens cijfers van het Oekraïense ministerie van Justitie waren er in de eerste zeven maanden van dit jaar meer dan 110.000 meldingen van ongeoorloofd afwezig zijn (voor het hele jaar 2024 stond dat aantal eerder rond 68.000). Drones verlagen deels de behoefte aan veel infanterie om de linie bezet te houden, maar vergroten ook het risico dat een Russische doorbraak de hele verdediging doet instorten. Tot nu toe heeft Oekraïne dat weten te voorkomen, maar de uitputtingsslag duurt voort.