NU+ | 20 jaar na de verwoestende orkaan: hoe Trump lessen van Katrina negeert
In dit artikel:
Op 29 augustus 2005 landde orkaan Katrina in het zuiden van de Verenigde Staten en veroorzaakte een verwoestende keten van gebeurtenissen: damdoorbraken rond New Orleans, tot 80 procent van de stad onder water en bijna 1.400 doden. De storm trof ook delen van Louisiana, Mississippi, Alabama en Florida en bracht ongeveer 100 miljard dollar schade toe. De nasleep werd bepaald door grootschalig overheidsfalen: gebrekkige communicatie, chaotische besluitvorming en onvoldoende noodhulp maakten de ramp extra catastrofaal — zeker omdat er vooraf al waarschuwingssignalen waren en onderhoud aan federale dijken was teruggeschroefd.
De ramp leidde in de jaren daarna tot een forse focus op infrastructuur en kustbescherming. Levees werden versterkt, moerasherstel en waterbeheersprojecten uitgevoerd en drainagesystemen verbeterd. Volgens onderzoekers als Marleen de Ruiter en Andrew Littlejohn zijn veel zuidelijke gebieden sindsdien weerbaarder geworden tegen overstromingen. Tegelijkertijd maken ze duidelijk dat de lessen van Katrina door de opwarming van de aarde urgenter zijn: klimaatverandering vergroot de kans op extreem weer, zwaardere neerslag, sterkere stormen en het snel opvolgen van meerdere rampen, wat hulpverlening complexer en herstel veel lastiger maakt.
Desondanks waarschuwen hulpverleners en experts dat de VS die hoofdstukken dreigen te vergeten. Werknemers van FEMA schreven recent een open brief waarin ze zeggen dat de federale inzet voor rampenbestrijding te weinig is, en onder president Trump zijn er significante bezuinigingen geweest op FEMA, NOAA en klimaatonderzoek. NOAA, verantwoordelijk voor weersvoorspellingen en orkaanmodellering, heeft middelen zien wegvallen, wat de capaciteit om risico’s in kaart te brengen ondermijnt.
Op lokaal niveau schuurt innovatie in kustbescherming met economische belangen. In Louisiana leidde dat tot het uitstellen of schrappen van een miljardenproject voor kustherstel; gouverneur Jeff Landry stelde kortetermijnbelangen zoals de visserij tegenover wetenschappelijk aangestuurde plannen. Die botsing illustreert hoe politiek en economische druk langetermijnvoorbereiding kunnen ondergraven.
De onderzoekers noemen het meest zorgwekkend niet alleen het risico dat dijken opnieuw bezwijken, maar vooral de bredere effecten van zeespiegelstijging en landverlies. Littlejohn waarschuwt dat mensen letterlijk grond kunnen verliezen en dat het biodiverse zuidkustgebied onder zware druk staat. Conclusie: hoewel technische verbeteringen na Katrina effect hebben gehad, vormen bezuinigingen, politieke keuzes en het snel veranderende klimaat een reëel risico dat eerdere lessen vervagen en dat grootschalige rampen opnieuw catastrofale gevolgen kunnen hebben.