Noord-Korea executeert burgers die buitenlandse tv-shows en films bekijken, stelt VN-rapport
In dit artikel:
Het VN-Mensenrechtenbureau (OHCHR) concludeert dat Noord-Korea onder leiding van Kim Jong-un de afgelopen tien jaar steeds repressiever is geworden: sinds 2015 zijn er meerdere nieuwe wetten waardoor de doodstraf voor een breder scala aan misdrijven mogelijk is en sinds 2020 vinden volgens vluchtelingen vaker openbare executies door vuurpelotons plaats. Uit interviews met ruim 300 recent gevluchte Noord-Koreanen blijkt dat de autoriteiten nu zelfs mensen ter dood veroordelen voor het kijken naar en verspreiden van buitenlandse films en tv-series, met name Zuid-Koreaanse drama’s.
De rapportage beschrijft een allesomvattend toezicht, versterkt door technologie, en een intentie van het regime om angst te zaaien. Een geïnterviewde vluchteling, Kang Gyuri, zegt dat drie van haar vrienden zijn geëxecuteerd vanwege bezit van Zuid-Koreaanse series en merkt op: "Sinds 2020 zijn mensen veel banger geworden." Tegelijkertijd is het gebruik van dwangarbeid toegenomen: jongeren uit arme gezinnen, wezen en straatkinderen worden ingeschakeld in gevaarlijke werkzaamheden in bouw en mijnbouw, waarbij sterfgevallen door onveilige omstandigheden propagandistisch worden voorgesteld als offers aan de leider.
Voedselonzekerheid is wijdverbreid; bijna geen van de ondervraagden had voldoende te eten, en de coronapandemie verergerde de hongersnood. Ook is ontsnappen naar het buitenland veel riskanter geworden door strengere bewaking van de grens met China en het schieten op vluchtpogingen.
VN-mensenrechtencommissaris Volker Türk waarschuwt dat de koers bij voortduring meer lijden en repressie zal brengen. Hoewel het rapport enkele beperkte positieve signalen noemt — zoals minder geweld door cipiers en nieuwe wetten die ogenschijnlijk eerlijkere procedures beloven — blijft het beeld dat Noord-Koreanen onder uitzonderlijk zware beperkingen leven.