Noord-Korea eet van Russisch en Chinees walletje
In dit artikel:
Kim Jong-un reist naar Peking voor een grote militaire parade van het Chinese leger waarin nieuw wapentuig wordt getoond. De Noord-Koreaanse leider is een van de belangrijkste buitenlandse gasten; ook de leiders uit Rusland, Iran en Vietnam zijn aanwezig, en van de EU is alleen de Slowaakse premier Robert Fico bij de bijeenkomst. Dat Kim naar deze multilaterale manifestatie komt is opvallend: hij heeft in het verleden vooral één-op-één-toppen gevoerd met wereldleiders en vermijdt doorgaans grote bijeenkomsten.
De bezoekreden is politiek én economisch. Hoewel de afgelopen jaren de toenadering tot Rusland veel aandacht kreeg — met wapenleveranties aan Moskou, Noord-Koreaanse militairen die aan Russische zijde vochten en aanzienlijke betalingen in geld, olie en technologie — blijft China voor Pyongyang onmisbaar. Sinds de Koude Oorlog is Peking de belangrijkste partner van Noord-Korea; naar schatting komt meer dan 90 procent van Noord-Koreaanse import uit China en Peking levert cruciale voedsel-, energie- en medicijnvoorzieningen.
Achter de schermen wekten de nauwe relaties tussen Kim en Poetin ongetwijfeld wrevel in Peking, maar de huidige ontmoeting lijkt gericht op het herstellen en bestendigen van de traditionele band. Voor Kim combineert dit een economische levenslijn via China met de financiële en militaire voordelen die Rusland biedt, wat zijn regime minder afhankelijk en diplomatiek sterker maakt. De parade is daarmee niet alleen een historische show, maar ook een signaal van toenemende samenwerking tussen autocratische staten en een mogelijke tegenbeweging tegenover het Westen.