Nog steeds veel illegale vogeljacht in Europa

maandag, 16 juni 2025 (15:03) - Vogelbescherming

In dit artikel:

In Europa, het Midden-Oosten en Noord-Afrika blijft illegale vogeljacht een hardnekkig probleem, ondanks internationale afspraken om deze binnen tien jaar met de helft terug te dringen. Een recent rapport van BirdLife International en EuroNatur toont aan dat slechts acht van de 46 onderzochte landen op schema liggen, terwijl in negen landen de situatie sinds 2020 zelfs is verslechterd. Jaarlijks worden tientallen miljoenen vogels – waaronder ooievaars, roofvogels, zangvogels, duiven en kwartels – slachtoffer van stroperij met verboden methoden zoals mistnetten, lijmstokken en klapnetten.

Deze jacht is vooral problematisch vanwege het criminele karakter ervan; hoewel het Rome Strategic Plan van 2019 een vrijwillig initiatief is onder internationale conventies, ontbreekt effectieve handhaving in veel landen. Illegale vogeljacht wordt bijna nergens beschouwd als noodzakelijke voedselvoorziening, behalve in enkele Afrikaanse gebieden. Vaak spelen culturele tradities, financiële motieven en recreatie een grotere rol, zoals het vangen van dure zangvogeltjes in Zuid-Europa of het “plezierdoden” van roofvogels.

Lokale initiatieven, vooral via educatie en samenwerking met boswachters en handhavers, hebben in landen als Cyprus, Kroatië en Griekenland tot een aanzienlijke afname geleid. Toch blijft het lastig om terugval te voorkomen, omdat diepgewortelde redenen voor stroperij onverminderd aanwezig zijn. Zelfs in Noordwest-Europa, waaronder Nederland en Engeland, komen illegale praktijken nog veelvuldig voor, soms onder het mom van beschermingsmaatregelen die neerkomen op het vernietigen van nesten en vergiftigen van vogels.

Experts benadrukken dat effectieve beleidsmaatregelen gericht op “zero tolerance” noodzakelijk zijn, evenals het veranderen van denkbeelden bij jagers en gemeenschappen door voorlichting en educatie. Het blijft een langdurige strijd, maar met gerichte inzet kunnen kleine groepen activisten en organisaties toch substantieel verschil maken in het behoud van kwetsbare vogelsoorten en hun leefomgeving.