NMBS na de tariefhervorming: de trein is altijd een beetje reizen, maar ga je er ook minder voor betalen?
In dit artikel:
Op 15 oktober voert de NMBS geen eenvoudige tariefsverhoging door, maar een nieuwe tarievenstructuur die ritprijzen anders verdeelt: tijdstip en doelgroepen bepalen voortaan meer het bedrag. Volgens de spoorwegmaatschappij leidt dat bij sommige reizigers tot hogere kosten, maar de meerderheid zou erop vooruitgaan. Hieronder enkele concrete voorbeelden om te tonen hoe die wijziging in de praktijk uitpakt (met de waarschuwing dat die casussen niet zomaar op alle reizigers toepasbaar zijn).
- Student Mario (21), traject Oostende–Gent
Nu: voor zijn zondag- en vrijdagritten betaalt hij momenteel 7,70 euro per rit (totaal 15,40 euro). Vanaf 15 oktober wordt een enkele rit in de avond goedkoper (7,10 euro). Met een Train+-voordeelkaart — voor jongeren lijkt die aan een lager tarief aangeboden te worden — betaalt hij nog maar 5,50 euro per rit. Een enkele retour volstaat dus om de maandelijkse kost van die kaart terug te verdienen.
- Moeder Magda (45), dagbezoek van Oostende naar Gent
Nu: ze betaalt ongeveer 11,70 euro per enkele reis, dus 23,40 euro voor een retour. Onder het nieuwe systeem kost een heenrit in daluren 11,80 euro; de terugkeer tijdens de avondspits blijft het volle tarief, waardoor een retour licht duurder uitvalt (23,60 euro). Met een Train+-abonnement (voor volwassenen tegen een andere maandprijs) wordt de dalrit wél goedkoper, waardoor het retourtarief substantieel kan dalen (in het voorbeeld naar 18,90 euro). Als haar terugrit echter in de piek valt, heeft ze de kaart nog niet volledig terugverdiend.
- Bompa Jos (senior) en dochter Kris, Genk–Hasselt
Senioren profiteren duidelijk: Jos betaalt nu 4 euro enkel en straks 2,50 euro per enkele reis, waardoor zijn retour daalt van 8 naar 5 euro. Kris (49) gaat iets omhoog: van 8 naar 8,20 euro voor een retour, maar met Train+ wordt dat eveneens 5 euro.
- Jongvolwassen koppel Stef en Saskia, Leuven–Oostende
Vandaag betalen zij bijna 50 euro per persoon voor een retour. Vanaf 15 oktober daalt dat naar 41,80 euro per persoon; wie beide een Train+-kaart neemt (met de bijbehorende maandprijs) kan uitkomen op ongeveer 28 euro, en als ze bovendien buiten de spits reizen zelfs rond 25 euro — ongeveer de helft van het huidige tarief en concurrerend met autokosten incl. parkeren.
Kernboodschap: de nieuwe tariefopbouw beloont reizen buiten de spits en maakt kortere of frequente trajecten met een voordelige maandkaart vaak rendabel. Ouderen en sommige korte trajecten winnen aanzienlijk, forenzen die op piekmomenten reizen kunnen soms iets meer betalen. Reizigers wordt aangeraden hun eigen reispatroon te vergelijken met de nieuwe structuur om te zien of een Train+-kaart zich uitbetaalt.