Nieuw onderzoek zet vraagtekens bij geliefde 'bewezen' lesmethode

zaterdag, 13 december 2025 (13:49) - Trouw

In dit artikel:

Nienke Smit en collega’s hebben een klassieke studie naar scaffolding — het idee van ‘op het juiste moment de juiste hulp bieden’ — opnieuw uitgevoerd en kwamen tot andere conclusies dan het baanbrekende onderzoek uit 1978 van David Wood. Waar Wood destijds met 32 peuters een groot positief effect van scaffolding rapporteerde, vond het Nederlandse team recentelijk in een grotere replicatie (285 kinderen) geen verschil tussen vier vormen van instructie.

Voor hun experiment lieten de onderzoekers peuters een door Wood ontworpen blokkenpuzzel (een piramide) bouwen en probeerden ze de oorspronkelijke opzet zo trouw mogelijk na te bootsen. De kinderen werden verdeeld over vier condities: eerst meekijken hoe een volwassene bouwt; alleen verbale tips en aanmoediging; aanmoediging met de mogelijkheid dat de begeleider het bouwen overneemt als dat nodig is; en klassieke scaffolding volgens het stappenplan (feedbackladder) waarbij hulp wordt opgevoerd naarmate het kind vastloopt. De onderzoekers beoordeelden onder meer hoeveel blokken een kind bouwde, de mate van zelfstandigheid, efficiëntie en het aantal pogingen.

Resultaat: geen significante verschillen tussen de groepen — de verschillende instructiemethodes bleken even (in)effectief. Dat leidde tot twee belangrijke conclusies van Smit. Ten eerste waarschuwt ze tegen het blind vertrouwen op grote effecten uit kleine steekproeven: een sterke bevinding in een kleinschalige studie kan bij reproductie met meer deelnemers wegvallen. Ten tweede laat haar werk zien dat scaffolding, vooral wanneer het als een star stappenplan wordt toegepast, praktische beperkingen kent. Het protocol weerhoudt docenten er soms van om hulp te herhalen of flexibel te doseren; ook kan te veel steun afhankelijkheid stimuleren, omdat sommige peuters juist leren extra hulp uit te lokken.

Smit benadrukt dat ze scaffolding niet wil verwerpen: het principe van afgestemde, tijdige ondersteuning blijft waardevol. Wel is het volgens haar geen simpel trucje dat universeel en onveranderd ingezet kan worden; effectieve hulpverlening vraagt timing, afstemming en professioneel oordeel van de leraar.

De studie is gepubliceerd in Journal of Educational Psychology. De bevindingen roepen bredere vragen op over welk onderwijsbeleid en welke programma’s echt “bewezen effectief” zijn — relevant nu het Nederlandse kabinet met enorme subsidie (8,5 miljard euro) een menukaart met bewezen interventies presenteert. Replicatieonderzoek en grotere steekproeven zijn volgens Smit cruciaal om te bepalen welke onderwijsmethoden daadwerkelijk werken.