Nieuw hoofdstuk na brexit: EU en VK gaan samenwerken op defensie en visserij
In dit artikel:
Het Verenigd Koninkrijk en de Europese Unie zijn maandag een nieuw defensiepact aangegaan, waarmee ze hun samenwerking op het gebied van veiligheid aanzienlijk versterken. Deze afspraak markeert de eerste gezamenlijke top sinds de brexit en maakt deel uit van premier Keir Starmers ambitie om de relaties met de EU te “resetten”. De samenwerking richt zich op gezamenlijke inspanningen tegen hybride oorlogsvoering, cyberbeveiliging, de bescherming van kritieke infrastructuur en maritieme veiligheid. Daarnaast is afgesproken dat de Britse buitenlandminister en de EU-buitenlandchef halfjaarlijks overleg zullen voeren over defensiezaken.
Ook stellen de EU en het VK Britse defensiebedrijven in staat om mee te dingen naar een deel van de 150 miljard euro die de Europese Commissie beschikbaar stelt voor wapentuig en militair materieel, in het kader van het Readiness 2030-initiatief dat Europa’s defensiebudget de komende jaren fors wil uitbreiden. Toegang tot het zogenaamde SAFE-programma van de EU voor onderzoek en innovatie moet nog worden besproken.
Naast defensie werden afspraken gemaakt over visserijrechten, waarbij het VK en de EU elkaars vissers toegang verlenen tot elkaars wateren tot juni 2038. Deze verlenging van twaalf jaar kwam na intensief diplomatiek overleg, waarbij Londen concessies deed onder druk van binnenlandse belangenstrijd, hoewel Britse vissers terughoudend reageren. Voor Nederlandse vissers is de regeling positief.
Verder stemden de partijen in met versoepeling van voedselstandaarden en het vergemakkelijken van reizen voor jongeren onder de dertig tussen het VK en de EU voor studie en werk, hoewel hierover nog geen concrete details zijn vastgelegd. De top en de gemaakte afspraken worden gezien als een reactie op geopolitieke ontwikkelingen, verslechterde trans-Atlantische relaties en een toenemende “brexitmoeheid”. Ze vormen de eerste van jaarlijks terugkerende bijeenkomsten tussen de EU en het VK, wat duidt op een nieuwe fase van pragmatische samenwerking ondanks eerdere spanningen. Met deze stap lijkt het VK zich definitief te bewegen van een brexitgerichte politiek naar een positie waarin het weer volop deelneemt aan het internationale veiligheidsbeleid.