Niet alleen de nationale democratie moet worden opgelapt, de Europese ook

zaterdag, 20 september 2025 (01:41) - NRC Handelsblad

In dit artikel:

Vorige week, na de val van alweer een Franse regering, sprak socioloog en historicus Pierre Rosanvallon in een uitzending van France Culture over het tekortschietende Nederlandse (en Europese) representatiestelsel. Hij stelt dat veel burgers zich niet meer vertegenwoordigd voelen door partijen: parlementaire strijd draait vaak om partijkeuzes en postjes, niet om de thema’s die kiezers bezighouden. Concrete voorbeelden zijn volgens hem Gaza—waar veel burgers strengere maatregelen tegen Israël willen dan hun politici durven voorstellen—en de pensioendiscussie; onvrede voedt acties als de blokkadebeweging ‘Bloquons Tout’.

Dat probleem is niet alleen Frans. In veel Europese landen functioneert de democratie top-down: partijen verdedigen regerings- of oppositiestandpunten in plaats van rechtstreeks de zorgen van kiezers te weerspiegelen. Tegelijk verplaatst mondiaal machtsspel belangrijke thema’s naar Brussel. Defensie en veiligheid, vroeger technische dossiers, zijn nu volkszaken die burgers wél begrijpen en volgen — en waar ze gefrustreerd raken wanneer nationale regeringen blokkeren.

Drie actuele knelpunten: een meerderheid van Europeanen staat positiever tegenover een Europees leger dan nationale defensie of zelfs de NAVO; veel burgers keuren de handelsafspraak van Von der Leyen met Trump in juli af; en velen vinden dat de EU Israël zou moeten sanctioneren wegens Gaza. Op al die punten blokkeren nationale kabinetten EU-initiatieven of houden ze beslissingen uit nationale handen. Een voorbeeld: het SAFE-programma (Europese leningen voor defensie) is via een noodprocedure ingevoerd zonder uitgebreide parlementaire controle; het Europees Parlement is naar de rechter gestapt.

Kortom: volgens Rosanvallon en de auteur is reparatie noodzakelijk — zowel van nationale als van Europese democratische structuren. Nieuwe instrumenten voor burgervertegenwoordiging, toezicht en verantwoording zijn volgens hen onontbeerlijk om te voorkomen dat luide minderheden het debat kapen en samenwerking op Europees niveau verlamd raakt.