Nederlandse Gaza-activisten weigeren eigen vliegticket te betalen
In dit artikel:
Nederlandse deelnemers aan de internationale Global Sumud Flotilla die deze herfst met hulpgoederen naar Gaza wilden varen, liggen in strijd met het ministerie van Buitenlandse Zaken over wie de terugvluchten vanuit Israël moet betalen. De activisten werden in internationale wateren door het Israëlische leger onderschept, naar Israël overgebracht en kort gevangengezet. De Nederlandse ambassade in Tel Aviv regelde vervolgens vluchten om hen terug te krijgen.
Buitenlandse Zaken zegt dat die vluchten “bij hoge uitzondering” zijn geboekt om mensen snel te laten vertrekken, maar dat het geen officiële repatriëring betrof; consulaire bijstand omvat geen vergoeding van reiskosten. Volgens het ministerie is vooraf duidelijk gemaakt dat betrokkenen zelf voor de tickets verantwoordelijk zijn, omdat de overheid niet de rekeningen kan overnemen van personen die bewust risico’s nemen in conflictgebieden.
De activisten accepteren dat niet en hebben een advocaat ingeschakeld. Twee Nederlanders zouden al een factuur hebben ontvangen, het bedrag is nog onduidelijk. De groep stelt dat zij gedwongen terugkeerden na arrestatie en dat de Nederlandse staat moreel verplicht is de kosten te dragen, juist door de situatie in Gaza. Een woordvoerster: “Er is een genocide gaande,” en daarom mogen zij niet opgezadeld worden met de rekening.
Juridisch wordt de aanspraak door de activisten aangevochten; zij benadrukken dat het om het principe gaat, niet per se om de hoogte van de factuur. Het ministerie houdt vol dat de regels helder waren en dat betaling door de betrokkenen verwacht wordt. De zaak kan mogelijk leiden tot een rechtszaak over de grenzen van consulaire bijstand.