Nederland is steeds minder geliefd bij arbeidsmigranten
In dit artikel:
Nieuwe cijfers van het CBS laten zien dat de netto‑migratie naar Nederland uit veel herkomstlanden de afgelopen jaren duidelijk is teruggelopen, wat de jaarlijkse groei van migrantenpopulaties vertraagt. Demograaf Ruben van Gaalen (CBS) waarschuwt dat Nederland mogelijk aan populariteit als bestemming verliest.
Het sterkst daalt het migratiesaldo uit typische arbeidsmigratielanden binnen de EU, zoals Polen, Roemenië en Bulgarije. Polen noteerde recent zelfs een negatief saldo: 490 meer vertrekkers dan aankomsten, tegenover een netto‑toename van 1.706 Polen het jaar ervoor. Ook uit traditionele kennismigratielanden buiten de EU — bijvoorbeeld India, Zuid‑Afrika en Rusland — komen minder migranten.
Tegelijk stijgt het aantal migranten uit Turkije licht. Dat heeft een andere verklaring dan klassieke arbeidsmigratie: soepelere arbeidsregels vanwege het associatieverdrag, meer studenten en kennismigranten, en een toename van vluchtelingen die het regime ontvluchten. Van Gaalen wijst erop dat veel van die nieuwkomers hoogopgeleid zijn en dat hun kinderen op school goed presteren.
Het CBS-cijfer voor 2023 laat zien dat 13 procent van de immigranten naar Nederland kwam voor werk; alleen gezinsmigratie is groter. Omdat het bureau sinds 1998 registreert waarvoor mensen komen, is dit een recente beschrijving. In de praktijk is het aandeel arbeidsmigratie groter: bijna 160.000 gezinsmigranten wonen bij iemand die oorspronkelijk vanwege werk naar Nederland kwam — veel meer dan de circa 33.000 die bij een asielmigrant wonen. Veel van deze gezinsmigranten (met name uit de EU) werken zelf; bij niet‑EUgezinnen is dit ongeveer de helft.
Hoeveel van deze trends door Nederlands beleid wordt veroorzaakt, is onduidelijk. Vorige week trok demissionair minister Mariëlle Paul zonder overleg een pakket nieuwe huisvestingsregels voor arbeidsmigranten terug; haar voorganger Eddy van Hijum had juist maatregelen voorgesteld om de positie van arbeidsmigranten te verbeteren. Vertegenwoordigers van arbeidsmigranten zeggen dat het intrekken de situatie niet ten goede komt. Volgens Van Gaalen spelen daarnaast factoren in herkomstlanden — vergrijzing, economische groei en daarmee minder prikkel om te migreren — een belangrijke rol bij de afname.