NAVO pompt 1 miljard euro in wapens, toch daalt steun voor Oekraïne flink
In dit artikel:
Tijdens een NAVO-ministersontmoeting woensdag in Brussel kwam scherp naar voren dat de alliantie de Russische dreiging als ernstiger ervaart en zoekt naar krachtigere tegenmaatregelen. Secretaris‑generaal Mark Rutte prees de steun voor Oekraïne en het in juli begonnen PURL‑programma, waarbij bondgenoten gezamenlijk Amerikaans materieel en munitie aankopen. Tegelijk waarschuwde de Oekraïense minister van Defensie Denys Shmyhal dat Kyiv volgend jaar zo’n 18 miljard dollar aan Amerikaanse wapens nodig heeft en in totaal ongeveer 60 miljard euro aan westerse steun om Rusland te kunnen bijbenen; hij wees erop dat Moskou jaarlijks rond de 150 miljard dollar aan de oorlog besteedt. Voor dit jaar is nog zo’n 3 miljard euro voor Amerikaanse wapens nodig. Rutte zei dat waarschijnlijk 17 van de 32 NAVO‑landen zullen bijdragen; demissionair minister Ruben Brekelmans schat dat het neer kan komen op circa 1 miljard euro aan Amerikaans materieel vanuit Nederland.
De Verenigde Staten kondigden geen extra steun aan. Eerder beloofden Nederland, Duitsland, Canada en meerdere Scandinavische landen deze zomer Amerikaanse wapenpakketten ter waarde van ongeveer 1,7 miljard euro in het kader van PURL. Zuid‑Europese landen hebben nu ook toezeggingen gedaan, maar een groot deel van de nieuwe bijdragen blijft uit Noord‑Europa (onder meer Zweden, Finland, Estland). Nederland investeert verder: 90 miljoen euro in de Oekraïense drone‑industrie, 200 miljoen voor middelen tegen drones en eerder deze zomer 500 miljoen in PURL.
Het Duitse Kiel Instituut meldde dat militaire steun in juli en augustus daalde vergeleken met de eerste helft van het jaar; Rutte trok die conclusies in twijfel. Ondertussen is de situatie in Oekraïne nijpend: volgens een hoge NAVO‑functionaris waren de afgelopen maanden de dodelijkste voor burgers sinds het begin van de oorlog, de frontlijn is grotendeels vastgelopen en Rusland lijdt dagelijks ongeveer duizend doden en gewonden zonder veel terreinverlies. Oekraïne kampt met een tekort aan moderne luchtafweer: aangepaste Russische ballistische raketten die vlak voor inslag van koers veranderen, zijn moeilijker te onderscheppen, waardoor systemen als de Patriot en F‑16‑munitie cruciaal maar schaars en duur zijn.
Naast materiële steun bespraken de ministers harmonisatie van nationale regels voor luchtverdediging; volgens Brekelmans is het huidige “lappendeken” te ingewikkeld. De hoogste NAVO‑commandant (SACEUR) werkt aan het stroomlijnen van die uiteenlopende regels, zodat jachtvliegtuigen eenduidiger kunnen optreden bij dreigingen.