Minister Quintin wil zo snel mogelijk militairen op straat in Brussel, Francken: "We need to take back control"
In dit artikel:
Minister van Binnenlandse Zaken Bernard Quintin (MR) wil zo snel mogelijk militairen inzetten in probleemwijken van grote Belgische steden om de zware misdaad, vooral drugscriminaliteit, terug te dringen. Het plan omvat gemengde patrouilles van politie en leger in Brusselse hotspots zoals metrostation Clemenceau, Peterbos (Anderlecht) en bepaalde delen van Molenbeek. Ook Antwerpen, Gent, Luik, Charleroi en Bergen staan op de lijst. Volgens Quintin krijgt hij politieke steun van premier Bart De Wever en het regeerakkoord; minister van Defensie Theo Francken (N-VA) bevestigt eveneens instemming en zegt dat er een wettelijk kader klaarligt.
Quintin wil niet structureel soldaten op elke straathoek, maar inzet op zichtbare afschrikking in risicogebieden. Hij benadrukt dat het leger de politie niet vervangt: politieagenten blijven het operationele werk doen, militairen zouden vooral samen met hen patrouilleren. Concrete details — zoals het aantal te sturen soldaten, hun precieze bevoegdheden en of operaties beginnen vóór afronding van het juridische kader — zijn nog onduidelijk en moeten binnen de regering besproken worden.
De militaire vakbond ACMP, vertegenwoordigd door Yves Huwart, uit kritische bedenkingen: er ontbreken nog heldere regels over wat patrouillerende militairen mogen doen (huidig mandaat beperkt tot zelfverdediging), en langdurige binnenlandse inzet kan trainingsschema’s en de introductie van nieuw materieel ondermijnen. Huwart vindt ook dat de politie sommige taken zelf zou moeten kunnen uitvoeren.
Naast inzet van militairen voorziet Quintins pakket meer politie op straat, grootschalige controles en een investering van circa 20 miljoen euro in publieke beveiligingscamera’s. Gemeenten zonder middelen krijgen steun en er komt een soort register van alle publieke camera’s in de grote steden. De voorstellen moeten nog verder worden uitgewerkt en politiek-juridisch gefinaliseerd.