Minister-president van Spaanse regio Valencia neemt ontslag wegens aanpak van verwoestende overstromingen van 2024
In dit artikel:
Carlos Mazón, minister-president van de autonome regio Valencia, heeft zijn functie neergelegd na aanhoudende kritiek op de wijze waarop zijn regering de verwoestende overstromingen van 29 oktober 2024 heeft aangepakt. Families van slachtoffers en demonstranten bekritiseerden vooral dat waarschuwingen voor het noodweer te laat werden gegeven — pas toen gebouwen al onder water stonden en er doden waren gevallen — en eisten al maanden zijn aftreden. Mazón werd de afgelopen dagen zelfs uitgejouwd tijdens een herdenking.
Na een jaar van druk zei Mazón dat hij het niet langer aankan: "Ik kan het niet meer aan." Hij erkende fouten en gaf toe dat hij daar de rest van zijn leven mee zal leven, maar ontkende politieke berekening achter die fouten. Tegelijk betichtte hij de linkse nationale regering ervan de controverse rond hem te gebruiken om eigen verantwoordelijkheid te verhullen. Regionale en nationale autoriteiten verwijten elkaar nalatigheid bij de ramp.
Wie hem opvolgt is nog onduidelijk; er komen geen vervroegde verkiezingen. Mazón vroeg zijn meerderheidsfracties (Partido Popular en Vox) een opvolger te benoemen en zal tot die tijd aanblijven als hoofd van de regionale regering. Hij blijft ook lid van het regionale parlement, waardoor hij parlementaire onschendbaarheid behoudt. De radicale linkerpartij Podemos vindt zijn vertrek onvoldoende en eist het aftreden van de hele regionale regering.
Het moment van zijn opstappen valt samen met een rechtbankzaak waarin journaliste Maribel Vilaplana getuigt over de rol van de regionale overheid. Vilaplana en Mazón zaten op de dag van de overstromingen uren samen in een restaurant (15:00–18:45); hij ontving volgens haar tijdens dat verblijf voortdurend telefoontjes en berichten. Mazón zegt nu dat hij zijn agenda had moeten afzeggen. Hij is in die zaak niet aangeklaagd.
De overstromingen waren de zwaarste in Europa in bijna 60 jaar: in de regio Valencia kwamen 229 mensen om en de materiële schade bedroeg miljarden euro’s, vooral ten zuiden van de stad Valencia.