Minister Keijzers plan statushouders voorrang te ontnemen bij woningtoewijzing lijkt gedoemd te mislukken

In dit artikel:

Demissionair minister Mona Keijzer wil alsnog een wetsvoorstel naar de Tweede Kamer sturen dat statushouders geen voorrang meer geeft bij toewijzing van sociale huurwoningen. Dat ondanks een maandag door de Raad van State gegeven zwaar negatief advies: "niet indienen". De Raad oordeelde dat het schrappen van de voorrang juist ongelijke behandeling oplevert, omdat nieuw aangekomen statushouders bij het vinden van woonruimte extra achterstand hebben en compensatie nodig is; een verbod op voorrang zou daarom strijdig kunnen zijn met de Grondwet.

Juridisch en politiek lijkt Keijzers zet weinig kansrijk. Hoogleraar staatsrecht Wim Voermans waarschuwt dat individuele statushouders naar de rechter kunnen stappen en dat de rechter waarschijnlijk het advies van de Raad volgt: "Iedere statushouder kan naar de rechter stappen." Sinds 2014 gaf de Raad meer dan vierduizend adviezen; slechts vier keer werd een wetsvoorstel tegen zo'n negatief advies tóch doorgezet, en nooit haalden die wetten ongewijzigd een Kamermeerderheid.

Politiek is er verdeeldheid: PVV en BBB steunen Keijzer onvoorwaardelijk; VVD onderschrijft de intentie maar wil praktische oplossingen zoals extra tijdelijke noodwoningen om uitvoering mogelijk te maken. Coalitie- en oppositiepartijen (onder meer GroenLinks-PvdA en D66) noemen het ongebruikelijk of onacceptabel dat Keijzer het voorstel ongewijzigd indient. Het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) zegt dat momenteel tot circa 10 procent van vrijkomende sociale huurwoningen naar statushouders gaat.

Kortom: Keijzer houdt vast aan haar plan uit onvrede over lange wachtlijsten, maar juridische bezwaren van de Raad en politieke verdeeldheid maken het wetsvoorstel waarschijnlijk kansloos of uitvoeringsongeschikt, zeker bij rechterlijke toetsing en vóór de verkiezingen.