Miljardenverlies voor Nederlandse banken en pensioenfondsen op Franse en Duitse staatsleningen

In dit artikel:

Nederlandse pensioenfondsen, banken en andere financiële instellingen zagen in de eerste helft van dit jaar ongeveer 23 miljard euro verdampen op posities in Europese staatsobligaties, berekende De Nederlandsche Bank (DNB). Door stijgende rente daalden de koersen van onder meer Duitse en Franse leningen; eind juni stond de waarde van buitenlandse staatspapieren in Nederlandse handen op 531 miljard euro. Ongeveer een derde daarvan betreft Franse of Duitse obligaties: 123 miljard aan Duitse en 85 miljard aan Franse schuld.

De rentes stegen de afgelopen maanden door oplopende politieke en begrotingsspanningen in Frankrijk en door verwachtingen van extra Duitse uitgifte vanwege een gepland investeringsprogramma van de nieuwe regering. Nederlandse instellingen verloren vooral op Duitse leningen (circa 5,4 miljard) en op Franse (ongeveer 2,4 miljard). DNB waarschuwt dat een waardedaling in de eurozone onevenredig doorwerkt omdat veel bezit zich daar concentreert.

Voor pensioenfondsen heeft dit een dubbel effect: koersverliezen drukken beleggingsresultaten, maar een hogere rente verlaagt de contante waarde van toekomstige pensioenverplichtingen, wat de dekkingsgraad verbetert. Pensioenadviseur Aon meldde dat de gemiddelde dekkingsgraad in augustus op 126 procent stond. Met het nieuwe pensioenstelsel krijgt die graadmeter minder beslissende betekenis, omdat uitkeringen voortaan flexibeler aan beleggingsresultaten worden gekoppeld.

Analisten zien Frankrijk als aanhoudend risico; fondsen blijven terughoudend bij aankoop van Franse obligaties. Naar verwachting zullen pensioenfondsen onder het nieuwe stelsel vaker hun staatsobligatieposities verkleinen en meer risico’s opzoeken in hun beleggingsmix.