Met leugentjes en framing verweert Zaanstad zich tegen kritiek op keiharde aanpak 'criminele' inwoners

dinsdag, 14 oktober 2025 (06:08) - Follow the Money

In dit artikel:

De gemeente Zaanstad en burgemeester Jan Hamming hebben fel gereageerd op kritische berichtgeving van Follow the Money over de bestrijding van ‘ondermijnende criminaliteit’ in Zaandam-Oost. Volgens FTM probeerde het gemeentebestuur met onjuiste beweringen en selectieve verwijzingen de publicatie te ontkrachten en kritiek te smoren, terwijl interne documenten en interviews uit dezelfde gemeentelijke onderzoeken juist veel van die kritiek lijken te bevestigen.

Wat speelde er? Afgelopen zomer bracht FTM naar buiten dat Zaanstad een zeer agressieve interventieaanpak voert: ambtenaren zouden bevoegdheden overschrijden, privacyregels schenden en inwoners intimideren. Bewoners meldden dat hun woningen zonder correcte toestemming waren doorzocht en dat zij werden gevolgd. Zaanstad presenteerde anderhalve week geleden een reeks rapporten en een toelichting van topambtenaar Martijn Rengelink waarin gesteld werd dat FTM onjuist had geciteerd en dat de werkwijze rechtmatig is. Die verdediging werd breed uitgemeten door het college en in de media, en het college concludeerde meteen dat geen extern, onafhankelijk onderzoek nodig is.

FTM heeft het daarop niet gelaten bij de woorden van Rengelink. Bij nadere bestudering van de door de gemeente aangehaalde onderzoeken blijkt dat die onderzoeken juist weinig hebben vastgelegd over of het interventieteam in de praktijk binnen zijn bevoegdheden blijft. Interne bronnen waarschuwen daarin zelf dat het opzoeken van grenzen normaliseert dat die grenzen steeds verder opschuiven. Ook tekenden onderzoekers van Bureau Beke een scherp intern conflict op: sommige leidinggevenden twijfelen expliciet of de werkwijze wel overeenkomt met de wettelijke bevoegdheden, terwijl voorstanders eisen dat andere afdelingen zich hetzelfde gaan gedragen.

Een concreet voorbeeld illustreert de kloof tussen gemeenteverklaring en FTM-onderzoek. Zaanstad suggereerde dat FTM had gesuggereerd dat een controle op een duur appartement plaatsvond vanwege etnische achtergrond; FTM wijst dat van de hand en legt uit dat het dossier een langere tijdlijn laat zien en dat de officiële rapportage gedaan werd voorkomen als controle op vermeende ‘spookbewoning’. Volgens FTM was de feitelijke aanleiding een melding van een sterke wietlucht die afkomstig zou zijn van bekenden van burgemeester Hamming — en die melding ontbrak volgens FTM in het door de gemeente gebruikte originele document. Dergelijke verschillen tussen dossierinhoud en publieke framing keren volgens FTM in meerdere gevallen terug.

De gemeente probeerde aanwijzingen van misstanden weg te redeneren: een interne melding werd niet ‘als zodanig’ beoordeeld, bijeenkomsten waarin medewerkers zich onder druk gezet voelden werden omgecatalogiseerd als gewone functioneringsgesprekken, en suggesties van leidinggevenden om juridische grenzen op te zoeken en geen schriftelijke sporen achter te laten werden door Zaanstad bestempeld als ‘onjuiste interpretaties’. FTM zegt over documenten, e-mails en opnames te beschikken die hun weergave ondersteunen; de gemeente spreekt van discrepanties en onvolledigheden, maar heeft inhoudelijk niet alle punten weersproken.

De verhoudingen binnen de gemeente zijn gespannen. Voorstanders van het interventieteam dringen erop aan dat andere afdelingen dezelfde methodes toepassen, met dreiging van ontslag voor wie zich niet conformeert. Dat heeft geleid tot personele uitval: ambtenaren vertrokken of raakten ziek thuis. De onderzoeken besteden ook aandacht aan controversiële werkwijzen zoals het gebruik van speurhonden door ambtenaren, het willekeurig openen van bergingen en het toepassen van predictive profiling.

Belangrijk is de privacyconclusie: de interne toezichthouder signaleert meerdere overtredingen van privacywetgeving. Verplichte risicoanalyses voor dataverwerking ontbreken, ethische afwegingen zijn niet meegenomen en het is onduidelijk wat er precies gebeurt met gegevens die over ‘verdachte’ personen en adressen worden gedeeld. Omdat informatie op grote schaal wordt verzameld en uitgewisseld, heeft dat grote consequenties voor rechtsbescherming en transparantie.

Communicatief speelde de gemeente een offensief: Rengelinks presentatie werd gehouden zonder directe raadsvragen en de onderliggende documenten werden pas later openbaar gemaakt, wat de zeggingen van de gemeente in de pers versterkte voordat die konden worden geverifieerd. Het leidde tot gunstige berichtgeving in regionale media en tot de afsluitende conclusie van het college dat het juiste gebeurt. FTM heeft vervolgens een lijst met tegenwerpingen aan Zaanstad voorgelegd; de gemeente heeft daar nog niet inhoudelijk op gereageerd en wijst erop dat zij het recht heeft publiekelijk te reageren.

Politiek mondde de kwestie uit in spanningen: PvdA-raadslid Eylem Köseoglu, die pleitte voor onafhankelijk onderzoek, werd uit de coalitie gezet nadat ze zich uitsprak — een gebeurtenis die discussie oproept over de onafhankelijkheid van raadsleden in gevoelige dossiers. Burgemeester Hamming stelt dat het vertrek van Köseoglu een partij- en geen collegezaak is.

Kortom: de Zaanse ondermijningsaanpak is enerzijds een paradepaardje dat door het Rijk als innovatief wordt gezien en waar ministers op werkbezoek kwamen; anderzijds laat eigen gemeentelijk onderzoek zien dat er grote interne twijfels, juridische risico’s en privacyproblemen bestaan. De bestuurlijke terugslag op kritische journalistiek lijkt de discussie te hebben vertroebeld, terwijl veel van de door FTM gesignaleerde problemen ook in gemeentelijke documenten terugkomen. De gemeenteraad debatteert vandaag over het interventieteam; de uitkomst daarvan zal duidelijkheid moeten geven over vervolgonderzoek en mogelijke correcties in de werkwijze.