Maurice de Hond fileert media: "Slechte peilingen van Ipsos en 1Vandaag beïnvloedden verkiezingsuitslag"
In dit artikel:
Maurice de Hond zei in Marianne Zwagermans programma Dwars door de Politiek dat slechte peilingen door grote media de uitkomst van de Nederlandse verkiezingen hebben kunnen vertekenen. Hij richtte zijn pijlen vooral op Ipsos I&O en 1Vandaag/Verian: volgens hem maakten die bureaus vlak voor de stembusgang grove fouten die door journalisten kritiekloos zijn overgenomen.
De Hond schetst dat de VVD vijf weken voor de verkiezingen op weg was naar een dramatische terugval, maar dat de partij na het SBS-debat een duidelijke opleving liet zien in zijn eigen overstaptabellen en peilingen — richting circa 22 zetels. De polls van Ipsos en 1Vandaag rapporteerden juist stagnatie rond 16 zetels; dat vond hij “statistisch onmogelijk” omdat die data de verschuiving van terugkerende oud-VVD-stemmers negeerden. Wanneer media dergelijke cijfers onaangepast verspreiden, ontstaat volgens hem een vervormd beeld van de werkelijkheid.
De gevolgen zijn concreet: door het geschetste beeld zouden strategische kiezers die het voorkomen van een Timmermans-premierschap belangrijk vonden, de VVD links hebben laten liggen en hun stem aan andere partijen hebben gegeven. De Hond stelt dat de VVD zonder die misleidende peilingen op 25 à 26 zetels had kunnen uitkomen, mogelijk als grootste partij. Hij wijst er ook op dat de NOS op verkiezingsavond werkt met de Peilingwijzer — een gemiddelde waar Ipsos en 1Vandaag in meewegen — waardoor gelijke fouten zichzelf versterken en zodoende als ‘wetenschappelijk’ ogende analyse het publiek bereiken.
Volgens De Hond is het probleem minder het peilen zelf dan het losbandig overnemen van cijfers door de journalistiek. Zijn oproep is niet om peilingen te verbieden, maar om “slechte peilingen” te weren en media te leren narekenen en kritisch te zijn wanneer data elkaar bevestigen. Als pionier van de moderne opiniepeilingen in Nederland benadrukt hij dat peilingen invloed hebben op kiezersgedrag en daarom professionele verantwoordelijkheid en transparantie vereisen.
Samengevat: De Hond waarschuwt dat onzorgvuldige peilpraktijken, gecombineerd met onkritische berichtgeving, strategisch stemmen en daarmee de democratische uitkomst kunnen vervormen — hij pleit niet voor een algemeen verbod, maar voor hogere kwaliteitsnormen: “Verbied geen peilingen. Verbied slechte peilingen.”