Massale inval bij Hyundai-fabriek: 475 illegale werknemers opgepakt - waarom multinationals dol zijn op open grenzen

zaterdag, 6 september 2025 (09:23) - Dagelijkse Standaard

In dit artikel:

In de Verenigde Staten viel de immigratiedienst onlangs een Hyundai‑fabriek in Georgia binnen en arresteerde daar 475 werknemers zonder geldige werkvergunning, grotendeels Zuid‑Koreanen. De locatie maakt elektrische voertuigen en batterijen; gouverneur Brian Kemp had het project geprezen als een van de grootste economische ontwikkelingen voor de staat, maar achter die publiciteit zou zich grootschalige illegale arbeid schuilhouden.

Het ministerie van Binnenlandse Veiligheid meldt dat de gearresteerden ofwel illegaal de grens waren overgestoken, of een verlopen visum hadden, of een visumvrijstelling waarmee werken niet was toegestaan. De inval illustreert volgens het artikel een breder patroon: grote ondernemingen hebben behoefte aan constante, goedkope arbeid en verzetten zich tegen strengere immigratieregels die dat onder druk zetten. Daardoor zouden bedrijven wereldwijd lobbyen tegen beleid dat migratie zou beperken, niet uit humanitaire motieven maar om winst te beschermen.

De gebeurtenis leidde ook tot politieke verontwaardiging: leiders van de Democratische partij in Georgia bestempelden de actie als politiek gemotiveerd, waarmee de nadruk volgens het artikel van de illegale arbeid naar de handhaving verschuift. De tekst plaatst de zaak in een grotere context van sectoren — van vleesverwerking en bouw tot technologie en auto‑industrie — waar vergelijkbare praktijkvoorbeelden van illegale of informele tewerkstelling voorkomen.

Concluderend stelt het stuk dat zowel bedrijven als overheden tekortschieten, en dat de huidige machtsverhoudingen tussen grote ondernemingen en politiek mede bepalend zijn voor de omvang en handhaafbaarheid van internationale arbeidsmigratie.