Luchtverdedigers klaar voor missie in Polen: „Laten we hopen op saaie maanden"

donderdag, 20 november 2025 (21:52) - Reformatorisch Dagblad

In dit artikel:

„We schieten niet met patriots op drones”, benadrukt kolonel Olav Spanjer van het Defensie Grondgebonden Luchtverdedigingscommando (DGLC) in Vredepeel, waar de voorbereidingen voor een grote Nederlandse inzet in Polen zijn voltooid. Ongeveer 300 militairen en zo’n zestig voertuigen vertrekken begin december richting Zuidoost-Polen; de eenheid vervangt daar Duitse collega’s en blijft zes maanden, met een roulatie na drie maanden. Een deel van het materieel rijdt over de weg, een ander deel gaat per spoor. Een eigen hersteleenheid reist mee om pech of uitval te beperken.

De missie, onder NAVO-commando maar waarbij gastland Polen beslissingsbevoegdheid houdt over wapengebruik, krijgt de naam Air & Missile Defense Taskforce (AMDTF). De taakforce werkt met drie lagen luchtverdediging die met elkaar zijn gekoppeld: het Patriot-systeem (tegen straaljagers, kruis- en ballistische raketten), NASAMS (vooral tegen vliegtuigen) en verschillende antidronesystemen. Volgens missieleider luitenant-kolonel Wesley Dijkshoorn kunnen deze systemen samenwerken om bedreigingen af te vangen zonder disproportionele inzet; tegen drones wordt vooral ingezet op overname of uitschakeling met gespecialiseerde middelen.

De Nederlandse inzet moet voorkomen dat militaire transporten door Polen naar Oekraïne door luchtaanvallen worden getroffen en het luchtruim boven trainingslocaties in het zuiden van Polen beschermen, waar Oekraïense troepen worden opgeleid met westerse wapens. Ondanks recente sabotage-acties in Polen, vermoedelijk door Russische opdrachtgevers, verandert dat volgens Spanjer niets aan de inzet. Er is ook nauwe afstemming met Poolse civiele autoriteiten omdat in vredestijd lokale wet- en regelgeving en het gewone verkeer gerespecteerd moeten worden.

Personeel is uitvoerig getraind, zowel technisch als mentaal. Luitenant Anne, die op 2 december vertrekt, zegt klaar te zijn voor de uitzending maar hoopt — zoals Spanjer het uitdrukt — op „saai” maanden.