Luchtkwaliteit in Amsterdam voldoet niet aan norm Wereldgezondheidsorganisatie

In dit artikel:

Uit onderzoek van het RIVM blijkt dat Amsterdammers in 2023 meer fijnstof (PM10) en stikstofdioxide (NO2) inademden dan de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO aanbeveelt, hoewel de gemiddelde blootstelling in 2023 in Amsterdam en andere gemeenten wel onder de strengere EU-norm ligt die in 2030 ingaat. De RIVM-analyse werkt met gemeentelijke gemiddelden en verschuilt lokale verschillen: binnensteden en drukke wegen kennen hogere NO2-concentraties, terwijl fijnstof relatief vaker voorkomt in landbouw- en industriële gebieden, aldus RIVM-expert Joop Wesseling.

Nationaal daalden beide stoffen de afgelopen jaren; in 2023 liep die daling door door veel wind en regen. Voor Amsterdam betekende dat een afname van ongeveer 14% voor NO2 en 13% voor fijnstof ten opzichte van 2022. Over vijf jaar gezien is NO2 33% en fijnstof 23% gedaald in de hoofdstad. Binnen de provincie scoort Beverwijk het hoogst voor fijnstof en Enkhuizen het laagst; Amsterdam heeft de hoogste NO2-waarden van de provincie. Vergeleken met de tien gemeenten die aan Amsterdam grenzen, liggen in alle tien die gemeenten de NO2-waarden lager, en in tien daarvan is ook het fijnstofniveau lager dan in Amsterdam.

Het RIVM meldt verder dat ruim de helft van de Nederlandse bevolking in 2023 meer fijnstof binnenkreeg dan de WHO adviseert, en 69% te veel NO2 inademde. Daarnaast schat het instituut dat circa 5.200 Nederlanders (0,03%) te veel fijnstof en bijna 26.000 mensen (1,5%) te veel NO2 binnenkrijgen. Beide stoffen zijn schadelijk: NO2 verslechtert longfunctie en wijst vaak op andere vervuilers zoals roet en ultrafijnstof; fijnstofdeeltjes kunnen diep in het lichaam doordringen en zijn vooral risicovol voor mensen met luchtwegaandoeningen.