Limburg verdedigt PFAS-vergunning voor afvalverwerker in Weert

In dit artikel:

De provincie Limburg wil CFS in Weert toestemming geven om jaarlijks ongeveer 5 kilogram PFAS via het riool te lozen nadat het bedrijf afvalwater uit onder meer petrochemie en verffabrieken verwerkt. CFS vraagt specifiek om verwerking van drie PFAS-varianten en verzet zich tegen een algemeen verbod op andere typen, omdat die in wisselende samenstellingen in het afval kunnen voorkomen.

Meerdere partijen, waaronder Waterschap Limburg, drinkwaterbedrijf Evides en natuurorganisaties, maken zich grote zorgen over mogelijke gevolgen voor drinkwater, vooral omdat zuiveringsinstallaties PFAS nauwelijks kunnen verwijderen en de Maas als drinkwaterbron wordt gebruikt. De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) raadde de provincie af een vergunning te verlenen; volgens de ILT zou dat in de praktijk neer kunnen komen op een te ruime vrijbrief en volgens haar past CFS niet de best beschikbare technieken toe.

De provincie verdedigt haar voornemen: naar haar zeggen blijven waterkwaliteitsnormen ruim binnen de grenzen, is verwerking van PFAS onvermijdelijk bij dit type afvalverwerking en gebruikt CFS wel degelijk de beste technieken. Limburg stelt dat regulering juist voorkomt dat PFAS ongecontroleerd in het milieu terechtkomen en dat andere overheden eerder vergelijkbare vergunningen hebben afgegeven.

Er zijn meerdere zienswijzen ingediend; Waterschap Limburg overweegt beroep bij de Raad van State. De provincie zegt eerst alle reacties te bestuderen en aanvullende gesprekken te voeren voordat een definitief besluit valt.