Lareb waarschuwde voor ernstige bijwerkingen na coronaprik, onthult Woo-verzoek
In dit artikel:
Een uitgelekte e-mail over een overleg tussen het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG), bijwerkingencentrum Lareb, RIVM en het ministerie van VWS werpt nieuwe vragen op over hoe de vaccinatiecampagne in Nederland in 2021 werd afgehandeld. De interne notitie, openbaar gemaakt via een Wob-verzoek door data-analist Wouter Aukema, dateert van 29 april 2021 — midden in de piekperiode van het prikprogramma — en beschrijft een grote toestroom van meldingen en een structureel tekort aan verwerkingscapaciteit bij Lareb.
Lareb rapporteerde kort daarvoor hoge aantallen meldingen, tot circa 1.500 per dag, met onder meer gevallen van veneuze trombose en tientallen ernstige meldingen per dag zoals Guillain-Barré, neurologische klachten, gehoorproblemen, blauwe plekken op de prikplek en myocardinfarcten. Door de werkdruk konden veel ernstige dossiers niet inhoudelijk worden beoordeeld; Aukema stelt dat ongeveer twee op de drie ernstige meldingen zonder behandeling naar het Europese EMA-archief zijn doorgestuurd. Ook meldt hij een eigen casus (acute pancreatitis, begin 2022) die in de EMA-database stond maar door Lareb verkeerd gecodeerd bleek.
Uit het overlegverslag blijkt verder dat trombopenie (sterke daling van bloedplaatjes) inmiddels als vaak voorkomende bijwerking in de productinformatie was opgenomen, nadat meerdere landen een verband met stollingsproblemen hadden gesignaleerd. De bevindingen uit de e-mail roepen fundamentele vragen op over de volledigheid en betrouwbaarheid van de bijwerkingencodering en de snelheid waarmee mogelijke veiligheidsproblemen werden opgespoord tijdens de start van de vaccinatiecampagne.