Koperdieven slaan in korte tijd op zeven plekken toe in Drenthe en Groningen. 'Zelfs de pluggen zijn van de muur gerukt'

In dit artikel:

In enkele weken tijd hebben koperdieven op minstens zeven locaties in de noordoostelijke provinciegrenzen toegeslagen: zes gevallen in Drenthe en één bij het grensgebied met Groningen. Tussen 22 oktober en 11 november verdwenen bij kerken en andere gebouwen onder meer koperen regenpijpen, dakgoten en bliksemafleiders — onder meer in Veenhuizen, Gieten, Roden, Fluitenberg, Ruinen, Westerbork en Zevenhuizen.

Stichting De Nieuwe Rentmeester, eigenaar van veel monumenten in Veenhuizen, meldt dat goten en regenpijpen van panden zijn weggenomen; de schade loopt daar in de duizenden euro’s. In Gieten troffen beheerders aan dat benedenstukken van de regenpijpen waren losgetrokken; ter overbrugging plaatste men blauwe kunststofbuizen. In Westerbork verdwenen een goot en een bliksemafleider, met door de beheerder geraamde schade van circa 1.000 euro. Beheerders spreken van snelle, rigoureuze handelingen en frustratie over de relatief geringe opbrengst voor de daders tegenover de flinke schade voor erfgoedinstellingen.

Vorig jaar waren vergelijkbare diefstallen in Drenthe, onder andere in Veenhuizen, Anloo en Grolloo. De politie noemt het recente aantal aangiften in korte tijd “zeker bovengemiddeld”, onderzoekt mogelijke verbanden maar heeft nog niemand aangehouden. Als reactie zijn op sommige gebouwen replica’s van aluminium of andere materialen aangebracht en hangen er camera’s, maar die gaven geen bruikbare beelden van de nieuwe diefstallen. De wisselende cijfers maken het volgens de politie lastig om te zeggen of er een structurele toename is.