Koolmees sluit FVD en PVV buiten: verkenning beperkt tot kartel-opties
In dit artikel:
Wouter Koolmees, de D66-verkenner die de eerste formatieronde leidt, heeft besloten vrijdag alleen met twee vaste “duo’s” verder te praten. Dat besluit zorgt voor kritiek omdat Forum voor Democratie (FVD) en de PVV — partijen die op 29 oktober 2025 aan de rechterkant stemmen wonnen — buiten de daadwerkelijke onderhandeling blijven. FVD groeide van 3 naar 7 zetels, JA21 van 1 naar 9, en de PVV blijft ondanks verlies een van de grootste fracties. Toch zijn juist die partijen niet onderdeel van de verdere gesprekken.
Koolmees stelt dat er veel overeenstemming bestaat tussen de partijen over onderwerpen als asiel, stikstof, energie, defensie en veiligheid. Critici zien dat als een vorm van afscherming: door alleen met partijen te praten die in grote lijnen dezelfde oplossingen willen, blijft het bestaande beleidskader intact en wordt echte politieke vernieuwing buiten de deur gehouden. Volgens de schrijver van het stuk is dit geen toeval maar bewust beheer van de macht door het Haagse establishment — een manier om “stabiliteit” en continuïteit te garanderen zonder de kiesuitslag wezenlijk te laten doorwerken.
De kritiek richt zich ook op de samenstellingen die Koolmees kiest: vaste, traditionele combinaties van partijen die elkaar in eerdere kabinetten al vonden. De auteur betoogt dat daardoor afwijkende stemmen — met name die van FVD en PVV, die willen afrekenen met het huidige stikstofbeleid, EU-invloed verminderen, klimaatbeleid herevalueren en immigratie sterker beperken — effectief worden buitengesloten. Er wordt opgemerkt dat een breder samengesteld kabinet inclusief VVD, CDA, JA21, FVD (en eventueel PVV) een parlementaire meerderheid zou opleveren en een heel andere koers mogelijk zou maken, maar dat die optie niet serieus wordt onderzocht.
De uitsluiting heeft volgens de tekst consequenties voor het vertrouwen in de democratie: kiezers voelen dat hun stem weinig invloed heeft wanneer partijen met miljoenen stemmen systematisch niet worden meegenomen. Het stuk roept op tot een opener verkenning die alle combinaties onderzoekt in plaats van vooraf de grenzen van het mogelijke vast te leggen — anders blijft Nederland gevangen in wat de auteur een “karteldemocratie” noemt, waarbij verkiezingsuitslagen meer een suggestie zijn dan een bindend signaal voor beleid.