Koerdische strijders worden opgenomen in Syrisch leger

In dit artikel:

Een principeakkoord is bereikt om Koerdische strijders in Syrië op te nemen in de staatsveiligheidsstructuren van Damascus, aldus de Koerdische leider Mazloum Abdi. Abdi sprak gisteravond op een militaire basis in Hassake (noordoost-Syrië) en zei dat er overeenstemming is over het mechanisme voor integratie van de Syrische Democratische Strijdkrachten (SDF) en de Koerdische binnenlandse veiligheidstroepen onder het ministerie van Defensie en het ministerie van Binnenlandse Zaken.

Het akkoord volgt op een eerder staakt-het-vuren dat kort daarvoor tussen het Syrische leger en de door de VS gesteunde SDF werd gesloten, na recente wapengevechten die een vorig akkoord uit maart dreigden te ondermijnen. Die eerdere intentieverklaring — ondertekend door interim-president Ahmed al-Sharaa en Abdi — koos als doel om noordoost-Syrië weer bij de rest van het land te voegen, de SDF in staatssectoren in te lijven en de Koerden burgerrechten en culturele ruimte toe te kennen, zoals het gebruik van de Koerdische taal in het onderwijs.

Voor de Koerden, die in Syrië een minderheid vormen en in het noordoosten sinds het begin van de burgeroorlog een autonome regio (Rojava) uitbouwden, kan het akkoord een belangrijke stap betekenen richting formele erkenning en herstel van staatsbanden. De Koerden speelden een sleutelrol in de strijd tegen IS en kregen daarvoor westerse steun, maar bleven politiek kwetsbaar: buurland Turkije verzet zich fel tegen Koerdische milities en voerde sinds 2016 aanvallen uit op hun gebied.

Belangrijke praktische vragen blijven open: de precieze uitvoeringstermijnen, hoeveel SDF-strijders geïntegreerd zullen worden, en hoe eventuele bezwaren van regionale actoren — vooral Turkije — en interne Syrische machtsverhoudingen worden afgewikkeld. Desalniettemin wordt het principeakkoord gezien als een belangrijke stap om langdurige spanningen en de littekens van de Syrische burgeroorlog te verminderen.