Kersverse studenten journalistiek: 'Over je standpunten mag je transparant zijn'
In dit artikel:
Drie pasgestarte masterstudenten journalistiek aan de Rijksuniversiteit Groningen leggen uit waarom ze juist nu voor het vak kiezen, ondanks bedreigingen als desinformatie, polarisatie en dalend vertrouwen in de media. Hun verhalen laten drie overlappende motieven zien: praktijkervaring en ambities, bezorgdheid over de publieke rol van de journalistiek, en een realistische blik op technologische en politieke risico’s.
De eerste student stelt dat volledige objectiviteit niet bestaat; veel presentatoren hebben een herkenbare invalshoek maar proberen toch feitelijk te blijven. Hij of zij noemt voorbeelden uit de praktijk en bekijkt AI vooral als hulpmiddel dat routinetaken kan overnemen en redacties kan helpen bij ideeënvorming, zonder dat dat het menselijke beoordelingsvermogen overbodig maakt. Een groter gevaar ziet deze student in politieke druk en censuur — zoals voorbeelden uit de Verenigde Staten laten zien — en in de manier waarop media soms ongecontroleerde beweringen herhalen, waardoor onjuiste narratieven onbedoeld worden versterkt. Daarom moet de journalistiek actiever desinformatie bestrijden.
Een tweede student vertelt hoe praktijkwerk bij lokale en jongeromroepen (SpotTV) en het recenseren voor 3voor12 heeft bijgedragen aan het aanleren van onderzoeksvaardigheden en kritisch oog. Deze student volgt hard nieuws via betrouwbare bronnen zoals NOS en ANP en zoekt bewust tegenwicht bij gekleurde titels; hoor en wederhoor is leerpunt nummer één. Hij of zij maakt zich zorgen over onverschilligheid onder grote groepen Nederlanders die zich niet dagelijks informeren, en pleit ervoor dat media niet meegaan in polarisatie om kijkers te trekken. Als positief voorbeeld noemt de student Jeugdjournaal vanwege de nadruk op feitelijke achtergrondinformatie.
De derde student komt uit een talenstudie (Scandinavië Studies) en koos later bewust voor iets praktisch als journalistiek. De droomfunctie is buitenlandcorrespondent; rolmodellen en eerdere studies tonen hoe taal- en cultuurkennis nuttig zijn in het vak. Deze student benadrukt dat journalistiek een moreel beroep is: feiten krijgen pas betekenis door interpretatie, dus transparantie over standpunten is vaak zinvoller dan schijnobjectiviteit. Tegelijk is er zorg over groeiende vijandigheid richting journalisten en online bedreigingen, iets waar ze zich mentaal op voorbereiden.
Gezamenlijk concluderen de studenten dat het vak ondanks risico’s nog steeds betekenisvol is: journalisten kunnen mensen een stem geven, feiten duiden en fouten corrigeren. Ze pleiten voor meer aandacht voor desinformatiebestrijding, transparantie over invalshoeken en het behoud van persvrijheid — voorwaarden om publiek vertrouwen te herstellen en de rol van de media in een polariserende tijd te behouden.