Kamervoorzitter Bosma haalt uit naar PVV-collega Markuszower: 'Ik kan het niet pruimen dat hij ons beschuldigt'
In dit artikel:
Kamervoorzitter Martin Bosma heeft scherp uitgehaald naar PVV-collega Gidi Markuszower omdat die een debat over de zogenoemde kwestie‑Arib aanvroeg, maar vervolgens niet bij dat debat verschijnt. Markuszower wilde onderzoek naar vermeend lekken van vertrouwelijke informatie naar de media — hij wijst oud‑Kamervoorzitter Vera Bergkamp aan als mogelijke dader — en klaagde dat het Presidium niet alle rapporten vrijgeeft. Bosma noemt het afzeggen door zijn partijgenoot onacceptabel en vindt de insinuaties dat het Presidium informatie achterhoudt ongegrond.
De ruzie speelt in de Tweede Kamer en bereikte een nieuw hoogtepunt tijdens het debat op donderdagmiddag. Bosma benadrukte dat het dossier gevoelig is omdat het om mensen gaat en dat het Presidium niet zomaar vertrouwelijke onderzoeksrapporten kan openbaren: betrokkenen hebben vooraf afgesproken dat die stukken niet openbaar worden gemaakt, wat volgens hem nodig is voor een veilige werksfeer. Dat maakt de positie van de PVV opmerkelijk, omdat Bosma zelf voorzitter is van het Presidium.
De PVV trekt nu ook een zwaarder politiek instrument: de partij diende een zogenaamde ‘strafaanklacht’ in bij de Kamer tegen Bergkamp, waarmee de Tweede Kamer kan besluiten zelf een onderzoek in te stellen en een speciale onderzoekscommissie als opsporingsautoriteit in te schakelen. Staatsrechtsprofessor Wim Voermans noemt dat een serieus en historisch zeldzaam middel; sinds het einde van de 19e eeuw bestaat het, maar het is nog nooit eerder toegepast (al kwam Diederik Samsom in 2015 even in beeld).
Achtergrond van de controverse is dat al bijna drie jaar geleden berichten verschenen over beschuldigingen tegen Arib, waarna NRC al informatie publiceerde voordat Arib kon reageren. Het wissen van appverkeer door Bergkamp op de dag van het lek voedt de vragen die Kamerleden nog altijd hebben.