Kabinet wil bouw kerncentrales zelf betalen en richt nieuw staatsbedrijf op
In dit artikel:
Het demissionaire kabinet wil twee nieuwe kerncentrales volledig met publiek geld laten betalen en richt daarvoor een nieuw staatsbedrijf op: de Nucleaire Energie Organisatie (NEO). Klimaatminister Sophie Hermans stelt dat de staat de benodigde 20–30 miljard euro (excl. rente) goedkoper kan financieren dan private partijen, omdat bedrijven terughoudend zijn en geldverstrekkers vanwege politiek risico hoge rentes vragen. De overheid stopt in eerste instantie 45 miljoen euro in NEO, oplopend naar maximaal 222 miljoen euro tot 2027; via NEO worden later aannemers aangetrokken om de centrales te bouwen.
Er zijn twee mogelijke bouwpartijen in beeld: het Franse EDF en het Amerikaanse Westinghouse. Met de gekozen bouwer wil het kabinet mogelijk opties afspreken voor een derde en vierde centrale. Locaties zijn nog niet definitief; het kabinet geeft wel de voorkeur aan Borssele in Zeeland, waar ook de bestaande Nederlandse kerncentrale staat. Die centrale zou mogelijk langer openblijven dan gepland (nu sluiting in 2033), maar verlenging vereist een wetswijziging en toestemming van toezichthouder ANVS. Het kabinet benadrukt de komende twee jaar geen onomkeerbare besluiten te nemen.
TNO-onderzoek dat naar de Tweede Kamer is gestuurd, vergelijkt een scenario met vier grote kerncentrales met een alternatief waarin extra windparken op de Noordzee worden aangelegd. Conclusie: de totale systeemkosten lopen vrijwel gelijk; hoge investeringen in kernenergie worden gecompenseerd door lagere kosten elders in het energiesysteem (zoals minder noodzaak voor opslag of import). Belangrijk kanttekening: als de zware industrie sterkkrimpt en de elektriciteitsvraag daalt, kunnen kerncentrales juist tot hogere kosten leiden. Kosten zijn niet de enige afwegingsfactor; strategische diversiteit, kernafval en hoge financieringslasten spelen ook een rol bij de beslissing over kernenergie.