Justitie eist in hoger beroep weer levenslang voor 'ontluisterende moord' op Peter R. de Vries

In dit artikel:

Justitie eist in hoger beroep opnieuw levenslange gevangenisstraf voor de drie hoofdverdachten in de moord op misdaadjournalist Peter R. de Vries: schutter Delano G. (26), de zogenoemde ‘moordmakelaar’ Krystian M. (30) en spotter/chauffeur Kamil E. (39). De moord vond plaats op 6 juli 2021 in de Lange Leidsedwarsstraat; in hun requisitoir, dat een dagdeel duurde, bestempelen de aanklagers het handelen en de communicatie rond de liquidatie als schrijnend en verheffend voor maatschappelijke onrust.

Voor de overige zes verdachten vorderen de officieren zware straffen tot maximaal 17 jaar, omdat zij – anders dan de rechtbank eerder oordeelde – van mening zijn dat alle negen verdachten een bijdrage hebben geleverd aan de moord en wisten wie De Vries was. De advocaten-generaal zien geen bewijs voor een terroristisch motief, zoals sommige aanklagers in eerste aanleg hadden gesuggereerd, maar wel dat de groep functioneerde als een criminele liquidatie‑organisatie die de samenleving heeft geraakt.

Justitie legt een direct verband tussen de moord op De Vries en eerdere liquidaties die verband hielden met de zaak rond kroongetuige Nabil B.: de moorden op diens broer (maart 2018) en op advocaat Derk Wiersum (september 2019). Volgens het Openbaar Ministerie is De Vries uit de weg geruimd omdat hij het werk van Wiersum voortzette en daarmee doelwit werd van de vermeende organisatie rond de vermoedelijke leider Ridouan Taghi. De aanklagers haalden verklaringen aan van een bedreigde getuige (alias ‘Eddy’) die zegt dat er actief iemand werd gezocht om een journalist te doden en dat dit in samenhang stond met eerdere aanslagen.

De officieren benadrukken dat de verdachten niet alleen verantwoordelijk zijn voor de dood van De Vries, maar ook voor de daaropvolgende publieke verontwaardiging en het gevoel van onveiligheid, en stellen dat eerdere korte of tijdelijke straffen geen afschrikking bleken. Daarom vinden zij een levenslange straf voor de drie hoofdverdachten noodzakelijk om de samenleving blijvend te beschermen, ook al is het om één moord gaat en een terrorisme‑motief niet is bewezen. De verdediging begint met pleiten op 27 oktober.