Strijd Bergkamp en Arib kostte belastingbetaler al miljoenen euro's

In dit artikel:

Het juridische conflict tussen oud-Kamervoorzitters Vera Bergkamp en Khadija Arib heeft de Tweede Kamer inmiddels ruim 2 miljoen euro gekost, wat 475.000 euro meer is dan eerder werd geraamd. Deze kosten zijn grotendeels besteed aan advocaten, externe experts en het dure onderzoeksbureau Hoffman, dat in 2022 onder leiding van Bergkamp een onderzoek uitvoerde naar mogelijk grensoverschrijdend en sociaal ongewenst gedrag van Arib. Dit onderzoek werd gestart naar aanleiding van anonieme klachten en resulteerde in het vertrek van bijna het gehele Management Team van de Tweede Kamer, waaronder Arib zelf, die na bijna 25 jaar politiek afscheid nam zonder formele uitzwaai.

Het presidium, het bestuurlijk orgaan van de Kamer waar ook Bergkamp en later Martin Bosma deel van uitmaakten, constateerde in 2023 dat Arib verantwoordelijk was voor onveilige werksituaties. Arib stapte daarop naar de rechter om het onderzoek onrechtmatig te laten verklaren, maar in februari oordeelde de Haagse rechter dat het onderzoek rechtmatig was. Arib is hiertegen in hoger beroep gegaan.

Daarnaast bleef de zaak rond vertrouwelijkheid en lekken voortduren. De Rijksrecherche onderzocht een persvoorlichter van Bergkamp die door het Openbaar Ministerie wordt beschuldigd van het lekken van geheime documenten over Arib, wat het ambtsgeheim zou schenden. Dit leidde tot onrust binnen het presidium, waarbij PVV-Kamerlid Gidi Markuszower sprak van "vals spel" en aandrong op een nieuw onderzoek. Voorlopig wacht het presidium echter de uitspraak in deze zaak af voordat verdere stappen worden genomen.

De financiële gevolgen van het conflict zijn aanzienlijk en de nu bekende kosten lijken de minimale uitgaven te zijn; de werkelijke totale schade, inclusief het vertrek van het Management Team en bijkomende impact, wordt vermoedelijk nog hoger. Deze langdurige en complexe zaak legt een schaduw over het functioneren en vertrouwen binnen de Tweede Kamer.