Jonge moslims aan politiek: behandel ons als gelijkwaardigen

In dit artikel:

Jonge Nederlandse moslims roepen vlak voor de Tweede Kamerverkiezingen op tot één eenvoudige eis: „Als gelijkwaardige burgers behandeld worden”, zegt Esma Kendir van het Collectief Jonge Moslims. Naast algemene zorgen van hun leeftijdsgenoten — zoals woningnood — ervaren zij extra belemmeringen door structurele discriminatie; onderzoek van begin dit jaar wijst op een normalisering en ontwrichting door moslimdiscriminatie.

Kendir verwijt politici dat zij niet meewerken aan oplossingen, maar zelf bijdragen aan het probleem. Campagne-uitingen en plannen van partijen als de PVV, maar ook uitspraken van lijsttrekkers bij JA21 en de SGP, schetsen de islam als een bedreiging en voeden angst. Kendir: „En angst is een sterke emotie.” Zij wijst erop dat het aantal moslims al jaren stabiel is en dat groei op zichzelf geen probleem zou moeten zijn.

Studenten spreken over concrete knelpunten: Oumaima Al Abdellaoui (Moslimstudenten Associatie Nederland) noemt het gebrek aan stilteruimtes en het wegvallen van renteloze studieleningen (rentebotst met het islamitische verbod op riba). Negatieve beeldvorming remt kansen, bijvoorbeeld bij stages, en wordt versterkt door wat zij „zondebokpolitiek” noemt. Als voorbeeld noemt ze een verkiezingsactie van BBB die collectief bidden op straat wil verbieden en als „islamitisch extremisme” bestempelt, ondanks dat zulke praktijken nauwelijks voorkomen. Ze sluit af met een oproep aan politici: het Nederlandse debat heeft een moreel kompas nodig.