Jemenitische burgers betalen bloedige tol van Amerikaanse en Israëlische bombardementen

In dit artikel:

De VS en Israël voeren intensieve bombardementen uit op Houthi-doelen in Jemen, met als gevolg tientallen burgerslachtoffers. Eind april vernietigde een vermoedelijke Amerikaanse luchtaanval in de hoofdstad Sana'a vier huizen, waarbij minstens elf mensen, ook gezinnen, omkwamen. Sinds maart heeft het Pentagon naar eigen zeggen meer dan duizend doelen gebombardeerd, maar deze aanvallen richten zich vaak op burgerwijken en infrastructuur. Mohamed Althaibani, een Amerikaanse oud-inwoner van Jemen, benadrukt dat veel doelwitten al beschadigd waren, waardoor de effectiviteit van de bombardementen twijfelachtig is. Ook Israël richt zich op burgerdoelen, zoals de luchthaven en een elektriciteitscentrale in Sana'a, wat de al ernstige humanitaire crisis verder verergert. In Jemen lijden 17 miljoen mensen honger en staan 5 miljoen op de rand van hongersnood. Hoewel Donald Trump aankondigde de Amerikaanse aanvallen te stoppen na een overeenkomst met de Houthi's, blijven de Israëlische dreigingen voor bombardementen bestaan. Experts concluderen dat de militaire campagne mislukt is: de Houthi's behouden hun controle over Jemen en kunnen hun aanvallen onverminderd voortzetten.