Jacques van Geest (69): 'We mogen wel wat meer groos zijn op wat hier gebeurt'
In dit artikel:
Jacques van Geest (69) is ex-hovenier, initiatiefnemer van Eendentours Westland en actief vrijwilliger in de regio. Hij woont al jaren in Monster/Naaldwijk en vult zijn tijd met het samenbrengen van mensen: evenementen organiseren, buurten verbinden en kleinschalige initiatieven ondersteunen.
Van Geest vindt het Westland "achter glas" herkenbaar vanwege de vele kassen, maar wijst ook op plekken die wél open en aantrekkelijk zijn — de zee en het Prinsenbos noemt hij als favoriete plekken om te wandelen en mensen te ontmoeten. Hij stimuleert bewoners om meer bomen te planten en zelf initiatief te nemen, zonder altijd op de gemeente te wachten. Ook mist hij meer zichtbaar besef en trots op wat in het Westland wordt gekweekt; hij wil dat de regio niet alleen als tuinbouwgebied wordt gezien, maar dat die producten en kennis trotser uitgedragen worden, bijvoorbeeld door culturele uitingen of informatie bij de gemeentegrenzen.
Gemeenschapszin moet volgens hem concreter worden: niet alleen het woord gebruiken, maar echt in gesprek gaan tussen generaties, elkaars verhalen delen en evenementen organiseren die mensen bij elkaar brengen. Praktisch voorbeeld daarvan is zijn eigen festival Ritme van de Nazomer — een kleinschalig, gratis muziekfestival dat geld inzamelt voor Stichting VEME en dit jaar zijn twintigste editie viert op 14 september op Sportpark Hoge Bomen.
Een terugkerende zorg is de toenemende regelgeving die het organiseren van kleine initiatieven bemoeilijkt. Van Geest pleit voor een laagdrempelig gemeentelijk loket dat initiatiefnemers helpt hun plannen te realiseren, zodat buurtactiviteiten niet door bureaucratie stranden.
Voor de langere termijn hoopt hij dat Westland over 25 jaar nog steeds een wereldwijde kenniscentrum voor tuinbouw is, maar vreest dat glas steeds meer plaatsmaakt voor steen en woningen. Zijn wens: meer groen, bomen en behoud van kennis en identiteit. Als voorbeeld van wie een plek in het zonnetje verdient noemt hij medewerkers van hospices, vanwege de waardevolle en soms zware zorg in de laatste levensfase.