Inventarisatie in Nederlandse Gereformeerde Kerken: Hoeveel steun is er voor besluiten over homoseksualiteit?
In dit artikel:
Drie initiatiefnemers, onder wie emeritus predikant ds. L.W. de Graaff, hebben een inventarisatie gestart om te achterhalen hoeveel kerkenraden binnen de Nederlandse Gereformeerde Kerken (NGK) het synodebesluit over homoseksuele relaties daadwerkelijk steunen. Op 8 maart besloot de NGK-synode in Elspeet dat samenwonende homoseksuele kerkleden welkom zijn aan het avondmaal, en dat zij tevens in alle kerkelijke ambten mogen dienen; dit laatste kreeg ongeveer tweederde van de stemmen. Hoewel de meerderheid dit besluit ondersteunt, bestaat er binnen het kerkverband nog onvrede en onzekerheid, vooral onder kerkenraden die moeite hebben met de veranderingen.
De initiatiefnemers willen kerkenraden die bezorgd zijn over deze besluiten aanmoedigen en met elkaar in contact brengen, zodat zij digitaal verbonden kunnen worden en eventueel gezamenlijk van zich kunnen laten horen. De organisatie van het onderzoek kwam op verzoek van jongere ambtsdragers die midden in het leven staan, met de bedoeling een nauwkeuriger beeld te verkrijgen van het draagvlak binnen de NGK. Men vraagt afzonderlijk naar steun voor het avondmaal en het dienen in ambten om zo de meningen genuanceerd te peilen. Hoewel nog niet alle reacties binnen zijn, verwachten zij dat mogelijk ook enkele gemeenten hun verbondenheid met het kerkverband zullen heroverwegen, zoals al duidelijk was bij gemeenten in Urk en Capelle aan den IJssel.
Ds. De Graaff uit tevens zijn bredere zorgen over de richting van de NGK, die volgens hem niet alleen op het vlak van homoseksualiteit, maar ook in bredere theologische kwesties zoals de leer van voldoening door verzoening en het gedachtegoed rondom de hel, naar zijn oordeel meer vrijzinnig wordt. Hij benadrukt het belang van waakzaamheid en verwijst naar kritische geluiden binnen de kerkgemeenschap, zoals de waarschuwing van dr. M. Klaassen tegen bepaalde theologische ontwikkelingen rond zegen voor homopartnerschappen. Hoewel hij zelf nog binnen de NGK actief blijft om deze ontwikkelingen te bespreken en te bekritiseren, overweegt hij nog of hij persoonlijk door het huidige beleid zal vertrekken. De komende tijd zal duidelijk moeten maken hoe groot het verzet binnen de kerkenraden daadwerkelijk is en wat dit betekent voor de toekomst van het kerkverband.